
indeuken werkw. Uitspraak: [ 'ɪndøkə(n) ] Afbreekpatroon: in·deu·ken Vervoegingen: deukte in (verl.tijd enkelv.)
1) een deuk maken in Vervoegingen: heeft ingedeukt (volt.deelw.) Voorbeelden: 'het spatbord was door de klap helemaal ingedeukt' , 'Een bal deukt in als hij op de grond stuitert.'
2) een deuk krijgen...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/indeuken

1) Butsen 2) Kneuzen 3) Indrukken
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Indeuken/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.