interpelleren werkw. Uitspraak: [ ɪntərpɛ'lerə(n) ] Afbreekpatroon: in·ter·pel·le·ren Vervoegingen: interpelleerde (volt.deelw.) Vervoegingen: heeft geïnterpelleerd (volt.deelw.) (iemand) om opheldering vragen Voorbeelden: 'De buurtbewoners willen de gemeenteraad interpelleren over de bouw van een hoge flat.' , 'de minister van jus... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/interpelleren