
de Israëli zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ɪsra'eli ] Afbreekpatroon: is·ra·e·lí Verbuigingen: Israëli's (meerv.) de Israeli - sche zelfst.naamw. Uitspraak: [ ɪsra'eli - sə ] Afbreekpatroon: is·ra·e·lí Verbuigingen: Israëlischen (meerv.)
iemand met de Israëlische nationaliteit Synoniem: Israëliër
Gevonden op
https://woorden.org/woord/Israëli

1) Bewoner van Israël 2) Inwoner van Zuidwest-Azië 3) Inwoner van Klein-Azië 4) Inwoner van israël 5) Inwoner van het Midden-Oosten 6) Inwoner van Azië
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Israëli/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.