Zie ook:
joel

joelen werkw. Uitspraak: [ ˈjulə(n) ] Afbreekpatroon: joe·len Vervoegingen: joelde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gejoeld (volt.deelw.)
hard schreeuwen Voorbeelden: 'Na dat fantastische doelpunt begonnen de supporters te joelen.' , 'Voor het huis van de burgemeester stond een joelende menigte van ontevreden inwoners.' Synoniem:...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/joelen

1) Uitjouwen 2) Gillen 3) Gieren 4) Zeer luidkeels uiten 5) Huilen 6) Op drukke wijze feestvieren 7) Tieren 8) Luidkeels toejuichen 9) Luidruchtig vrolijk zijn 10) Luidkeels uiten 11) Luidruchtig zijn 12) Zich luidruchtig gedragen 13) Luidkeels toeroepen 14) Vrolijk tieren 15) Luid toejuichen 16) Luid en uitbundig roepen
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Joelen/1
luid roepen uit enthousiasme of afkeuring vb: de fans stonden te joelen naar de popster
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/

Joelen betekent bijna hetzelfde als juichen. Je roept heel enthousiast om te laten merken dat je blij met iets bent. Bijvoorbeeld als je met Koningsdag bij de optocht staat te joelen wanneer de koning langs loopt.
[basiswoordenlijst groep 6]Gevonden op
https://wikikids.nl/Joelen

zich luidruchtig gedragen
Jaar van herkomst: 1648 (WNT )
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php

luidruchtig enthousiasme of afkeer uiten (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
https://www.etymologiebank.nl/trefwoord/joelen
Geen exacte overeenkomst gevonden.