onderdompelen werkw. Uitspraak: [ ˈɔndərdɔmpələ(n) ] Afbreekpatroon: on·der·dom·pe·len Vervoegingen: dompelde onder (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ondergedompeld (volt.deelw.) (iets) helemaal door vloeistof laten bedekken Voorbeeld: 'een roestige fietsketting onderdompelen in benzine om hem schoon te maken' Synoniemen: d...
1) Neerdompelen 2) Het geheel onder water duwen 3) Onderduwen 4) Geheel in een vloeistof dopen 5) Dopen 6) Dompelen 7) Indopen 8) Indompelen 
•onder een vloeistofoppervlak laten zakken.
Onderdompelen is onder water houden. [basiswoordenlijst groep 7]
Def.: de handeling waarbij iets onder water wordt gebracht.