
Spreekwoorden: (1914)
Iemand op zijn vestje spuwen,d.w.z. iemand zijne verkeerdheid op eene ruwe wijze onder het oog brengen (Harreb. II, 375 b); zie Onze Volkstaal II, 112: iemes op z'n vestje spijge, vitten op iemand, iemand de waarheid zeggen; iemes op z'n vest(j)e komme, iemand afranselen (Neder-Betuwe); V.d. Water, ...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Iemand op zijn vestje spuwen,d.w.z. iemand zijne verkeerdheid op eene ruwe wijze onder het oog brengen (Harreb. II, 375 b); zie Onze Volkstaal II, 112: iemes op z'n vestje spijge, vitten op iemand, iemand de waarheid zeggen; iemes op z'n vest(j)e komme, iemand afranselen (Neder-Betuwe); V.d. Water, ...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.