plisseren werkw. Afbreekpatroon: plis·se·ren Verbuigingen: plisseerde Vervoegingen: geplisseerd (volt.deelw.) het aanbrengen van fijne plooien in een gesteven stof Voorbeeld: 'In de jaren 1950 werden vele rokken geplisseerd.' . 6 definities...
1) Fijn plooien 2) Fijnplooien 3) In regelmatige plooitjes persen 4) Bereidingswijze 5) Textielbewerking 1) Fronselen 2) Plooien 
fijn plooien (toon de herkomst via de etymologiebank)
fijn plooien
Het op vastgestelde, regelmatige afstanden dubbelvouwen van stof, waarna de plooien worden geperst en eventueel vastgenaaid.
Ontvellen van tomaten, enz ..
Men gebruik het woord “plisseren” om aan te duiden dat ze een tomaat zullen ontvellen. Plisseren is echter een niet te verklaren term. Plisseren zou afgeleid zijn van het Franse werkwoord ‘éplucher’ of pellen, schillen. Men spreekt ook van plicheren.
Ontvellen, meestal gebruikt bij tomaten