schoeien werkw. Afbreekpatroon: schoei·en Verbuigingen: schoeide Vervoegingen: geschoeid (volt.deelw.) van schoeisel voorzien Voorbeeld: 'Hij werd goed geschoeid en gekleed.' . Spreekwoorden en zegswijzen • op een andere leest schoeien (=op een andere manier aanpakken) Naar de spreekwoorden 5 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/schoeien
Spreekwoorden: (1914) Op dezelfde leest schoeien, d.w.z. op dezelfde wijze inrichten of (indien men schoeien intransitief opvat) op dezelfde wijze ingericht zijn, van hetzelfde model zijn, overeenkomen (in aard en karakter); eene uitdr. ontleend aan het bedrijf van den schoenmaker, die voor een paar schoenen van gelijke g... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778