de schuldenaar zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'sxʏldənar ] Afbreekpatroon: schul·de·naar Verbuigingen: schuldenaren, schuldenaars (meerv.) iemand die geld schuldig is aan iemand anders Voorbeeld: 'een schuldeiser die met zijn schuldenaars een overeenkomst treft' Synoniemen: debiteur geldnemer hypotheekgever lener 
1) Debiteur 2) Iemand die geld schuldig is 
Een persoon die een juridische verplichting heeft ten opzichte van een ander.
De schuldenaar is degene die de schuld bezit. Het is dus degene die moet betalen. De schuld komt voort uit een verplichting die je bent aangegaan. Het is de persoon die een prestatie (meestal betaling van geld) verschuldigd is aan een schuldeiser. De schuld ontstaat meestal uit een overeenkomst met de schuldeiser. Je kan (door de rechter) gedwongen...
financi?le zaken consumenten en producenten: persoon die aan een ander iets verschuldigd is. ...faillissementsrecht: natuurlijke of rechtspersoon over wie de rechtbank surseance van betaling heeft uitgesproken en onder ...incasso: persoon die aan een andere persoon (de crediteur) iets verschuldigd is; persoon die een verplichting heeft ten opzichte ...
•iemand die iets (meestal geld) aan iemand anders verschuldigd is.
Degene die een betaalverplichting aan een schuldeiser niet is nagekomen.
De persoon die een verplichting heeft om een geldbedrag terug te betalen.
Een schuldenaar is een persoon die krachtens verbintenis is gehouden tot voldoening van een verbintenis aan een schuldeiser
debiteur, degene die schuldig is aan iets
Degene die de prestatie moet leveren. (Degene die een schuld heeft aan een ander)