
spatteren werkw. Afbreekpatroon: spat·te·ren Verbuigingen: spatterde Vervoegingen: gespatterd (volt.deelw.)
voortdurend vocht in druppels laten rondvliegen Voorbeeld: 'De kinderen spatteren in het zwembad.' . Herkomst volgens etymologiebank.nl spatteren = spetteren Taaladvies Wat is juist: 'De peuter plaste tevreden rond in het pierebadje...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/spatteren

spetteren (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/spatteren
Geen exacte overeenkomst gevonden.