de spreekkamer zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ ˈsprekamər ] Afbreekpatroon: spreek·ka·mer Verbuigingen: spreekkamers (meerv.) kamer waar je met je dokter praat of waar de tandarts je behandelt Voorbeeld: 'in de wachtkamer wachten tot je naar de spreekkamer kunt gaan' 
1) Deel van een artsenpraktijk 2) Ontvangstkamer 3) Ontvangkamer 4) Kamer 5) Ontvangstruimte 6) Praktijkruimte van een dokter 7) Parloir 8) Spreekplaats 9) Vertrek waar patiënten behandeld worden 10) Dokterskamer 11) Behandelkamer 12) Gespreksruimte 13) Deel van een tandartspraktijk 14) Artsenkamer 
De spreekkamer van de dokter is de kamer waarin de dokter zit.
kamer waarin een dokter of tandarts zijn patiënten behandelt vb: de dokter zat in de spreekkamer achter zijn bureau
Spreekkamer is de ruimte waar een arts geconsulteerd kan worden. [basiswoordenlijst groep 5]