de steenworp zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈstenwɔrp ] Afbreekpatroon: steen·worp op een steenworp afstand (dichtbij) 'Hij woont op een steenworp afstand hier vandaan' Synoniem: boogscheut 
1) Gooi een kei over geringe afstand 2) Korte afstand 3) Geringe afstand 4) Onnauwkeurige afstandsmaat 5) Kortbij 
worp met een steen, met als doel iets te raken relatief kleine afstand Wordt vooral gebruikt in de combinatie op een steenworp afstand .