het strand zelfst.naamw. Uitspraak: [ strɑnt ] Verbuigingen: stranden (meerv.) grond van zand of kiezelstenen direct naast de zee of een meer Voorbeelden: 'strandstoel' , 'naaktstrand' Synoniemen: zandstrand Spreekwoorden en zegswijzen • een schip op het strand is een baken in zee (=van de fouten die anderen ...
1) Strook langs de zee 2) Zandoord 3) Zandstrook aan zee 4) Plage 5) Kuststrook 6) Kuststrook van zand 7) Kustvorm 8) Boord 9) Landstrook langs water 10) Strook grond langs de kust 11) Strook land langs de zee 12) Strook langs de kust 13) Landstrook langs de zee 14) Zandige oever 15) Stuk land aan zee 
Def.: gedeelte van de kuststrook tussen de laagwaterlijn en de duinvoet.
Def.: vlakke strook kiezel- of zandgrond dicht langs de zee of een binnenwater
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Strand``] Zie Wateren
kustgebied met zand
vlakke oever (toon de herkomst via de etymologiebank)
strook zand langs de zee vb: we gaan elk jaar een dagje naar het strand
Gedeelte van de kuststrook tussen de laagwaterlijn en de duinvoet. Gedeelte van de kuststrook tussen de laagwaterlijn en de duinvoet. Gedeelte van de kuststrook tussen de laagwaterlijn en de duinvoet. Gedeelte van de kuststrook tussen de laagwaterlijn en de duinvoet. Gedeelte van de kuststrook tussen de laagwaterlijn en de duinvoet. Strandhoofd Ste...
kustgebied met zand
Het strand is het land dat direct grenst aan de zee . [basiswoordenlijst groep 3]