de trawler zelfst.naamw. (m.) Verbuigingen: trawlers treiler 
1) Vaartuig voor de visvangst 2) Vaartuig 3) Boot 4) Visvaartuig 5) Vissersvaartuig 6) Vissersschip 7) Treiler 8) Vissersboot 9) Sleepboot 10) Viskotter 
vissersboot die gebruik maakt van een trechtervormig sleepnet om op bijvoorbeeld haring en makreel te vissen; treiler
Syn.: treiler ; trolder Def.: vaartuig dat met een trawl vist en waarop vaak ook verwerking van de vis plaatsvindt. Toelichting: Men maakt onderscheid tussen hektrawlers en trawlers die over het zijboord vissen. De lengte van trawlers varieert nogal. Ze zijn er van 12 meter, maar ook van 90 meter.
treiler
Vissersboot met sleepnet
treiler (toon de herkomst via de etymologiebank)
Een 'trawler' of 'treiler' is een vissersschip dat met een trechtervormig net (Engels: 'trawl') vist. De moderne trawlvisserij werd aan het eind van de negentiende eeuw geperfectioneerd en liep gelijk op met de introductie van door stoom aangedreven visserijschepen.
Vissersvaartuig gebouwd en ingericht voor de visserij met het trawlnet en meestal met een lengte groter dan 27 m (volgens de meetbrief). (AAT-Ned) [[en]] A fishing vessel specially designed to operate and trawl for the catching of bottom lying fish. Use with power where known.