verrichten werkw. Uitspraak: [ və'rɪxtə(n) ] Afbreekpatroon: ver·rich·ten Vervoegingen: verrichtte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft verricht (volt.deelw.) doen formeel Voorbeelden: 'de openingshandeling verrichten' , 'wonderen verrichten' Synoniem: uitvoeren (4) Synoniemen: doen handelen nakomen naleven onderhandelen ...
1) Afdoen 2) Bedrijven 3) Consecreren 4) Doen 5) Effectueren 6) Effectureren 7) Handelen 8) Nakomen 9) Naleven 10) Onderhandelen 11) Plegen 12) Presterem 13) Presteren 14) Uitoefenen 15) Uitrichten 16) Uitvoeren 17) Vervullen 18) Voltrekken 1) Bedrijven 2) Bezigheid 3) Doen 4) Effectueren 5) Handelen 6) Maken 7) Nakomen 8) Naleven 9) Onderhandelen 10) Plegen 11) Presteren 12) Uitoefenen 13) Uitrichten 14) Uitvoeren 15) Vervullen 16) Voltrekken 17) Werken 
uitvoeren (toon de herkomst via de etymologiebank)
het (volgens plan) maken of doen vb: jullie hebben prachtig werk verricht Synoniemen: uitvoeren presteren bedrijven realiseren verwezenlijken opknappen
uitvoeren
uitvoeren