omgording, een brede strook van planken, boven het reehout. De vertuining was het bovenste deel van de buitenhuid van het schip; er waren openingen in aangebracht als poorten voor de dekbatterij. Zie Mossel op buitenvertuining. Van Yk zegt: `De fortuining, misschien zo genaamd, omdat dit planckwerck bij de Oude met dit naakte wijv beschilderd is ge... Gevonden op http://resources.huygens.knaw.nl/vocglossarium/
VOC - Scheepsbouw : fortuining: gedeelte van de scheepswand boven de reling van het verdek voor en achter de kuil, doorgaans overnaads uitgevoerd. Gevonden op https://www.vocsite.nl/woordenlijst/index.php