
fluisteren - Voorbeeld: ‘
Al dooreen, rulden de geburen of zat men te vezekoten’ - Voorbeeld: ‘
De Maandag-morgen van de kermis was er 't gewone gekonkel aan het kerkportaal: wijven aan 't vezekoten in hun kapmantel’
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.