
zondloos bijv.naamw. Afbreekpatroon: zond·loos
niets verkeerds gedaan hebbend, zonder zonde Voorbeelden: 'Niet twijfelend weet ik: alle goed is kwaad;<br />twijfelend hoop ik: alle kwaad is goed;<br />zodat wie ’t ene wil, het andre doet,<br />en zondloos hij slechts is, die beide laat.' , 'God had een zondloos kind; do...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/zondloos
Geen exacte overeenkomst gevonden.