de zweem zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ zwem ] een zweem van (een heel klein beetje van (iets)) 'met een zweem van humor' Synoniemen: flinter floers greintje klein beetje ondertoon schijntje snufje vleugje waas zweempje 
1) Vlaag 2) Spoor 3) Zweempje 4) Schijntje 5) Flinter 6) Schijn 7) Lichte zwijm 8) Uiterlijk schijntje 9) Floers 10) Schijnsel 11) Ondertoon 12) Wasem 13) Waas 14) Vleug 15) Zier 16) Ziertje 17) Tint 18) Lichte schijn 19) Nevelsluier 20) Glimp 21) Greintje 22) Snufje 23) Vleugje 
vleugje
vleugje (toon de herkomst via de etymologiebank)
klein beetje ergens van vb: hij toonde geen zweem van angst
•spoor.