de Zwitser zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'zwɪtsər ] Afbreekpatroon: Zwit·ser Verbuigingen: Zwitsers (meerv.) de Zwitser - se zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'zwɪtsər - sə ] Afbreekpatroon: Zwit·ser Verbuigingen: Zwitsersen (meerv.) iemand met de Zwitserse nationaliteit Spreekwoorden en zegswijzen • geen geld, geen Gevonden op https://www.woorden.org/woord/Zwitser
iemand met de Zwitserse nationaliteit; iemand die behoort tot het Zwitserse volk; iemand die afkomstig is uit Zwitserland; inwoner van Zwitserland Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/Zwitser