Digischool Begrippenlijst `Stedelijke Gebieden NL`
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Aardrijkskunde > Stedelijke gebieden
Datum & Land: 15/02/2007, NL offline
Woorden: 263
Inrichtingsbeleid
Het geheel van maatregelen en plannen van de overheid om de inrichting van een gebied te verbeteren met het oog op de toekomst. Hierbij kan bijv. de infrastructuur worden verbeterd.
Inspraak
Het mogen meepraten bij het nemen van beslissingen van de overheid. Dit kan op bepaalde avonden als een bepaald plan wordt gepresenteerd, men kan ook een schriftelijk bezwaarschrift indienen.
Internationalisering
Van internationalisering is sprake als men een steeds grotere oriëntatie op het buitenland krijgt. Als men meer met het buitenland gaat handelen, krijgt men vanuit dat buitenland ook steeds meer concurrentie.
IPR Investeringsregeling
Een door de overheid ingestelde regeling waarbij bedrijven die zich vestigden in gebieden met een hoge werkloosheid extra geld of voordelen kregen. Deze gebieden zijn buiten de Randstad te vinden. Hoe groter de problemen in een gebied hoe hoger hier de uitgekeerde premie was.
Jonge duinen
Huidige duinen, ontstaan vanaf het jaar 1000. De jonge duinen zijn veel hoger dan de oude duinen. Ze spelen een belangrijke rol bij de bescherming van Laag-Nederland tegen de zee.
Kavelvorm
De vorm die de landerijen of stukken weiland hebben. Dat kan langwerpig zijn, vierkant, enz. In de Hollandse veengebieden is ze langwerpig.
Kerngebied
Een gebied dat binnen een land economisch en financieel gezien erg belangrijk is. In Nederland is de Randstad zo`n kerngebied.
Kernstad
Een centraal gelegen stad in een verstedelijkt gebied met omvangrijke voorzieningen en werkgelegenheid. Vaak ligt zo`n stad in het centrum van een stadsgewest.
Krimp
Het tegenovergestelde van groei. Hierdoor kan het omgekeerde van een sneeuwbaleffect ontstaan in een gebied waar bedrijven en mensen gaan wegtrekken.
Kunstvezels
Een niet natuurlijke draadsoort, bijvoorbeeld nylon. Deze is gemaakt van de grondstof aardolie. Wel natuurlijke vezels zijn afkomstig van vlas, het schaap (wol) en de katoenplant.
Kwartair
Periode van 2.500.000 jaar geleden tot nu. Het is onder te verdelen in het Pleistoceen en het Holoceen.
kwelders
Kleigebieden aan de rand van de Waddenzee, die bijna nooit meer onder water staan en die daardoor begroeid zijn.
Kwelwater
Water dat onder de dijk door terug de polder in loopt. Polders met zand aan het oppervlak hebben veel last van dit kwelwater.
Lage-lonenlanden
Landen, vooral liggend in de derde wereld, waar de lonen die aan arbeiders wordt uitbetaald veel lager liggen dan in Nederland gebruikelijk is. Hierdoor zijn met name arbeidsintensieve bedrijfstakken als de textielindustrie nagenoeg uit Nederland verdwenen.
Leeftijdsselectie
Bij de suburbanisatie (trek van de mensen uit de stad) vertrekken juist jongere mensen met hun kinderen. Ouderen en studenten blijven er juist. Bepaalde wijken worden zo op leeftijd uitgeselecteerd.
Locatiefactor
Ook wel vestigingsplaatsfactoren. Het zijn redenen voor bedrijven (of mensen) om zich ergens te vestigen. Dat kan zijn de aanwezigheid van grondstoffen, energie, arbeidskrachten of een afzetmarkt. Voor mensen is een prettige woonomgeving belangrijk.
Maasvlakte
In de zee gewonnen gebied ten westen van de Europoort. Hier kunnen de grootste mammoettankers aanleggen. Het is de nieuwste havenuitbreiding in het Rotterdamse havengebied. In 1991 is besloten de Maasvlakte nog verder te gaan uitbreiden.
Maatschappelijke diensten
Maatschappelijke diensten zijn er niet op gericht om winst te maken. Ze zijn er voor het belang van de mensen. Voorbeelden zijn onderwijs, gezondheidszorg, welzijnswerk, musea, sportvoorzieningen.
Mainport
Engelse term waarmee een belangrijke (lucht)haven wordt aangegeven. Het is een hoofdstation en zorgt voor de verdeling van personen en goederen naar andere (lucht)havens in de wereld. Een mainport levert veel werkgelegenheid op.
Manufactuur
Een groot bedrijf waar meerdere mensen werken. In dit bedrijf wordt alleen spierkracht gebruikten dus geen machines.
Mariene afzetting
Mariene afzetting zijn afzettingen door de zee zand en klei.
Massagoederen
Goederen die in grote hoeveelheden los in een schip of trein worden vervoerd. Voorbeelden hiervan zijn graan en ertsen.
massatoerisme
1. Een grote groep toeristen die in dezelfde maanden naar de dezelfde bestemmingen gaat. 2. De grote drukte van toeristen in vakantiegebieden.
Mechanisatie
Het vervangen van arbeidskracht door machines.
Mensjaar
De hoeveelheid werk die een persoon in een jaar kan verzetten in een bepaalde bedrijfstak.
Mentale verstedelijking
Van mentale verstedelijking is sprake als een plattelandsgebied de normen en de waarden van de grote stad overnemen.
Middengebied
Het deel van de Randstad, dat geheel tussen de stedelijke zones ligt ingeklemd. We noemen dit gebied ook wel het Groene Hart.
Migratiesaldo
Het verschil tussen het aantal mensen dat een plaats of een gebied verlaat en het aantal dat er naar toe verhuist.
Minderheden
Kleine groep in een samenleving, die andere gewoontes en een andere cultuur hebben. In Nederland gaat het om gastarbeiders en andere groepen allochtonen. Bijvoorbeeld Surinamers, Antillianen, Molukkers, Turken, Marokkanen, enz.
Mobiliteit
Het verplaatsen van personen, goederen en berichten in een gebied. Het is sterk afhankelijk van de welvaart en de verkeersmiddelen, bijv. de auto. Voorbeelden zijn forensisme, reizen en het bezoeken van een stad of pretpark.
Molengang
Een aantal molens op een rij, die er gezamenlijk voor zorgen dat een bepaald deel van een diepgelegen polder werd drooggemalen.
Nationaal Inkomen
De waarde van alle goederen en diensten die door de hele bevolking van een land in een jaar worden geproduceerd. Ook wel BNP genoemd.
Natuurlijke Aanwas
De uitkomst van het geboortencijfer min het sterftecijfer in een bepaald gebied.
Natuurlijke Groei
Zie natuurlijke aanwas.
Negentiende Eeuw
De 19e eeuwse wijken zijn stadsuitbreidingen die buiten de in de middeleeuwen ontstane stadswallen werden gerealiseerd. Ze werden aangelegd tussen 1850 en de WO I. Het waren arbeiderswijken met een grote woningdichtheid en lagen vaak dicht bij de toenmalige industrie- en haventerreinen.
Nieuwe Waterweg
Waterverbinding van Rotterdam naar de zee. Gegraven in 1870 om Rotterdam beter toegankelijk te maken voor zeeschepen. Het is een open verbinding, er liggen dus geen sluizen, maar wel een beweegbare waterkering.
Noordvleugel
De Randstad bestaat uit twee stedelijke zones. De Noord- en de Zuidvleugel. Tot de Noordvleugel behoren o.a. Haarlem, Amsterdam en Utrecht.
Noordzeekanaal
Kanaal tussen Amsterdam en de Noordzee. Het is geen open zeeverbinding, want bij IJmuiden liggen sluizen. Gegraven in 1876.
Nota
Een beleidsstuk van de rijksoverheid waarin in ruime zin de richtlijnen voor ruimtelijke ordening in zijn vermeld. De provincies en gemeentes moeten 100% rekening houden met deze algemene richtlijnen over een bepaald onderwerp.
Oliecrisis
In 1971 ontstonden er door politieke oorzaken tekorten aan aardolie in de westerse landen. In de jaren erna stortte de economie in elkaar en begon de werkloosheid sterk te stijgen.
Ontginning
Het gereed maken van een gebied voor landbouwgebruik. Hier betekent het het afgraven van het veen en zorgen voor een goede waterbeheersing.
Oppervlaktewater
Alle water dat aanwezig is in sloten, rivieren, kanalen en meren.
Order op de Buitennering
In de Order op de Buitennering werd bepaald dat het verboden was voor bedrijven om zich buiten de stadsmuren te vestigen. Men wilde deze activiteiten in de steden concentreren.
Oud-Indiëgasten
Nederlanders die een groot deel van hun leven in het voormalige Nederlands Indië een carriére hebben gemaakt en bij terugkomst in Nederland een groot landhuis voor zich lieten bouwen.
Oude duinen
Strandwal, ontstaan rond 5000 jaar geleden. Deze duinen waren ongeveer 4 tot 5 meter hoog. Tegenwoordig liggen deze duinen meer landinwaarts, achter de jonge duinen. De meeste oude duinen zijn afgegraven. Het gebied wordt nu gebruikt voor de bloembollenteelt.
Oude mariene afzettingen
Oude zeeklei. Neergelegd door de zee boven op het basisveen.
Overslaghaven
Haven die zich erop heeft toegelegd de met de zeeschepen aangevoerde goederen `over te slaan` in kleinere binnenvaartschepen. Ook kunnen de goederen tijdelijk worden opgeslagen om later verder te worden vervoerd. De haven wordt zo een doorvoerhaven.
Pendelen
Een vorm van forensisme waarbij men iedere dag de grens passeert. Men werkt in een plaats in het buitenland, maar men is blijven wonen in het moederland.
Perifere zone
Gebied dat op grotere afstand ligt van een kerngebied en dat economische en financieel gezien minder belangrijk is.
PKB
Een Planologische Kern Beslissing, een PKB, is een procedure waarbij iedereen zijn of haar mening mag geven over belangrijke plannen (nota`s) van de regering.
Planologie
Ook wel ruimtelijke ordening. Het maken van plannen voor de inrichting van een gebied. De regering maakt nota`s voor heel Nederland. De provincie maakt streekplannen een gebied. De gemeente maakt structuurplannen en bestemmingsplannen, bedoeld voor een deel van de gemeente.
Planologische Kernbeslissing
Een Planologische Kern Beslissing, een PKB, is een procedure waarbij iedereen zijn of haar mening mag geven over belangrijke plannen (nota`s) van de regering.
Pleistoceen
Onderdeel van de periode het Kwartair. Van 200.000 tot 10.000 jaar geleden. In deze periode hebben we in Nederland te maken gehad met enkele ijstijden.
Polder
Een gebied, omgeven door een dijk, waar de mens de waterstand regelt.
Polycentrische stad
Een polycentrische stad is een stad die is opgebouwd uit meerdere centra. Voorbeelden hiervan zijn de Randstad en het Ruhrgebied. Centra in de Randstad zijn Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag.
Poort van Europa
Bijnaam voor het Rotterdamse havengebied omdat via Rotterdam een groot deel van West-Europa van goederen wordt voorzien. Rotterdam is dan ook een doorvoerhaven.
Portiekflats
Type flat dat vooral in de jaren `50 werd gebouwd. Het gaat om flats tot zo`n vier bouwlagen waarin je een trappenhuis vindt om boven te komen.
Pre-industriële periode
De pre-industriële periode is de periode voordat de industrie in Nederland sterk komt opzetten. Ruwweg is dat de periode van 1500 tot 1870.
Primaire sector
Sector van de beroepsbevolking. Letterlijk eerste sector. Hiertoe behoren de landbouw en de mijnbouw.
Prins Alexanderpolder
Grote droogmakerij nabij Rotterdam. Drooggemalen in 1874 met behulp van stoom gemalen. In deze polder ligt nu een grote wijk van Rotterdam. De polder ligt zeer diep.
pro
Voor iets zijn.
Produktiekosten
Kosten die gemaakt moeten worden om een bepaald produkt te produceren. Hiertoe behoren gebouwen onderhouden en huren, salarissen betalen, reiskosten, het maken van het produkt, enz.
Randgebied
Strook binnen de Randstad dat een overgang vormt tussen de stedenring en het middengebied (Groene Hart). Hier vinden we veel nieuwbouw wat betreft woningen en industrie.
Randstad
De naam Randstad is voor de 2e wereldoorlog bedacht door de heer Plesman, oprichter van de KLM. Toen hij boven West Nederland vloog, zag hij beneden zich een groot open gebied met weilanden en akkers. De steden lagen allemaal aan de rand van dat open gebied.
Randstedeling
Inwoner van de Randstad. Men voelt zich echter eerder Rotterdammer, Amsterdammer of Utrechter. De `echte` Randstedeling bestaat dus niet.
Re-urbanisatie
Het opnieuw trekken naar de stad, van mensen die eerder de stad waren uitgetrokken. Dit is een ontwikkeling van de laatste 15 jaar.
Recreatie
Alle activiteiten die in de vrije tijd plaatsvinden en ontspanning als doel hebben.
Regio
Een bepaald gebied, waarvan de grenzen meestal niet samenvallen met een bestuurlijke grens, zoals die van een gemeente of provincie. Een regio kan grensoverschrijdend zijn, zoals de zogenaamde Euregio.
Regionaal stimuleringsbeleid
Een regionaal stimuleringsbeleid heeft tot doel via financiële injecties een gebied weer aantrekkelijk te maken als vestigingsplaats voor bedrijven. Dit kan door het geven van premies aan bedrijven en door het verbeteren van de infrastructuur.
Regionaal verzorgend
Een bedrijf is regionaal verzorgend als de klanten allemaal komen uit het gebied direkt rond het bedrijf. Ze komen er dus niet voor vanuit het hele land.
Regressie
Tijdens een regressiefase neemt de invloed van de zee in het kustgebied af. Langs de kust kan dan op grote schaal veen ontstaan.
Reikwijdte
De maximale afstand die mensen willen afleggen om van een bepaalde dienst gebruik te maken. Verder dan die afstand willen ze er niet voor afleggen.
Relatieve zeespiegelstijging
Wij hebben in Nederland op dit moment te maken met een relatieve zeespiegelstijging. Door het afsmelten van de Noord- en Zuidpool stijgt aan de ene kant de zee terwijl tegelijkertijd het land daalt.
Renovatie
Het opknappen van huizen in oude wijken. Vaak worden de sanitaire voorzieningen aangepast aan de wensen van deze tijd, soms worden woningen vergroot, kozijnen vervangen, enz.
rom-gebieden
ROM-gebieden zijn gebieden waar bij de inrichting of herinrichting rekening wordt gehouden met aspecten van ruimtelijke ordening en vooral milieu-aspecten. Zie ook NMP.
Ruimtelijk Beleid
De plannen van de overheid voor het gewenste huidige en toekomstige gebruik van de ruimte in Nederland.
Ruimtelijke Geleding
Bij de ruimtelijke geleding gaat het om deelgebieden in de stad die gedomineerd (overheerst) worden door een bepaalde functie, bijv. het is een stadscentrum, woonwijk, recreatiegebied of industrieterrein.
ruimtelijke ongelijkheid
Alle verschillen die er bestaan tussen twee gebieden.
Ruimtelijke ordening
Ruimtelijke ordening noemt men ook wel planologie. Het houdt zich bezig met de inrichting van de ruimte. De verschillende overheden maken plannen voor heel Nederland of de provincie of de gemeente. Hierin staat wat men van plan is op het gebied van woningen, bedrijven, landbouw of natuurgebieden.
Saalien
Voorlaatste ijstijd. Duurde van 200.000 tot 130.000 jaar geleden. In deze periode werd het noorden van Nederland tot aan Nijmegen met het landijs bedekt.
Sanering
Vorm van stadsvernieuwing waarbij huizen of een fabriek worden afgebroken en er iets nieuws, meestal huizen, voor in de plaats komt.
Schaalvergroting
Verschijnsel waarbij iets steeds groter wordt. Na de Tweede Wereldoorlog werden winkelcentra steeds groter, maar ook in de kantorenontwikkeling is een schaalvergroting waar te nemen.
Secundaire sector
Sector van de beroepsbevolking. Letterlijk tweede sector. Hiertoe behoort de industrie.
Slotenpatroon
Hoe de sloten ten opzichte van elkaar liggen. In de Hollandse veengebieden zijn ze lang en liggen ze evenwijdig naast elkaar.
Sneeuwbaleffect
Ook wel agglomeratie-effect. Het ene bedrijf trekt het andere aan, waardoor in een bepaald gebied een samenballing komt van bedrijven en-of mensen. Het wordt opgestart door de vestiging van groei-sectoren, grote bedrijven en vaak basisindustrie
Sneltram
Een voorbeeld van openbaar vervoer dat sneller rijdt dan een tram, maar minder op een trein lijkt dan een metro. Te vinden in twee plaatsen. Hij rijdt tussen Amsterdam en Amstelveen en tussen Utrecht en Nieuwegein-Ijsselstein.
Spaarbekken
Grote opslagplaats voor zoet water in de Biesbosch voor de drinkwatervoorziening. Hier kan men drinkwater uit maken, ook als tijdelijk de kwaliteit van het Maaswater niet goed is.
Specialisatie
Het zich geheel richten van een bedrijf op een bezigheid, waarin het bedrijf heel goed is. Hiervoor is meestal veel specifieke kennis nodig.
Speculanten
Mensen die huizen of stukken grond opkopen met het doel deze later door te verkopen met een zo groot mogelijke winst. Ze denken vaak niet aan de wensen van de mensen die in zo`n gebied wonen.
Spreidingsbeleid
Het beleid van de overheid dat zich richt op de spreiding van mensen en activiteiten (werk) over het hele land.
Springvloed
Extra hoge vloed, die twee keer per maand voorkomt.
Stad
Een samenbundeling van mensen, activiteiten, infrastructuur en bebouwing op een bepaalde plaats.
Stadscentrum
Het centrale deel van een kernstad dat een sterke concentratie van diensten kent.
Stadsdeelwinkelcentrum
Een stadsdeelwinkelcentrum is een zeer groot winkelcentrum, bedoeld voor meerdere wijken, waar je naast de dagelijkse ook de niet dagelijkse boodschappen kunt doen.
Stadsgewest
Een grote stad of agglomeratie met de daar omheen liggende suburbane kernen die veel contacten onderhouden met de centrale stad. De mensen werken, winkelen er of gaan er naar school. Amsterdam, Utrecht, Den Haag en Rotterdam vormen ieder het centrum van een stadsgewest.
Stadsvernieuwing
Het opknappen van oude stadswijken. Soms worden huizen afgebroken en komen er nieuwe sanering, soms worden de huizen opgeknapt renovatie. Naast de huizen worden ook de voorzieningen en het uiterlijk van de wijk aangepakt. Het accent ligt steeds op het verbeteren van het wonen.
Stagnatie
Het stoppen van de groei. Rond 1676 was het afgelopen met de groei van Amsterdam en andere steden de groei stagneerde. Dit was het einde van de Gouden Eeuw. Ook deze eeuw hebben periodes van economische stagnatie gehad, in de jaren `30 en de jaren `80.
Stapelhaven
Een havenplaats waar veel goederen worden aangevoerd. Deze goederen worden opgeslagen (gestapeld) in pakhuizen. Van hieruit worden de goederen door verkocht en -gevoerd.
Stationsbuurten
Gebieden, vlak bij een station, die de laatste jaren erg in trek zijn bij kantoren. In de meeste steden zag je in de jaren `70 en `80 grote kantorencomplexen verschijnen. Voorbeelden hiervan zijn Hoog Catharijne in Utrecht en Babylon in Den Haag.
Stedelijk Beleid
Beleid van de overheid dat gericht is op de organisatie van stedelijke gebieden. Voorbeelden zijn groeikernen, stadsvernieuwing, compacte stad.