netto exploitatieresultaat---------------------- x 100% = rentabiliteiteigen vermogen
Resultatenrekening
Winst- en verliesrekening: overzicht van de behaalde (bedrijfs)resultaten gedurende een bepaalde periode.
Risicokapitaal
Geld dat verstrekt wordt aan ondernemingen in ruil voor een bepaald belang in de onderneming. Het doel van de investeerder is om binnen een bepaalde periode een hoge return on investment te incasseren. Aangezien niet vooraf bekend is wat het rendement zal zijn, wordt het ook wel durfkapitaal of venture capital genoemd.
Royalties
Financiële vergoedingen aan rechthebbende conform geldende overeenkomsten. Bijvoorbeeld licentieovereenkomst: de vergoedingen voor het gebruik van een octrooi. Deze vergoedingen betaalt de licentienemer aan de octrooihouder.
Seed capital
Eerst benodigde kapitaal om een startend bedrijf op gang te brengen. Hiermee wordt onderzoek, bepaling en ontwikkeling van het initieel concept gefinancierd, met als doel het bereiken van de start-up fase. Seed capital wordt meestal bijeengebracht door de oprichters van een onderneming, hun vrienden en familie. Sommige participatiemaatschappijen verstrekken ook seed capital.
Solvabiliteit
De solvabiliteit van een onderneming wordt bepaald door de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen. Naarmate het eigen vermogen groter is ten opzichte van het vreemd vermogen is de solvabiliteit gunstiger. De solvabiliteit wordt uitgedrukt in een kengetal, het solvabiliteitspercentage:eigen vermogen-------------- = solvabiliteitvreemd vermogen
Banken eisen vaak een bepaald solvabiliteitspercentage afhankelijk van het soort bedrijf waar het om gaat.
Stichting
Aan een stichting als rechtsvorm moet je alleen denken als je met je bedrijf een ideëel of sociaal doel nastreeft. Dat wil zeggen: je wilt niet het belangrijkste deel van de inkomsten voor jezelf houden. Het is namelijk zo dat een stichting niet het doel mag hebben, uitkeringen te doen aan oprichters, bestuur of directie. Bestuur en directie mogen wel een redelijke beloning voor hun werk krijgen, maar als dat bijna alle inkomsten gaat belopen, is de kans groot dat de stichting in strijd met de wet handelt.
De oprichting van een stichting moet bij notariële akte, en de stichting moet ingeschreven worden in het Stichtingenregister van de Kamer van Koophandel.
Subsidie
De overheid kan subsidie verstrekken met het doel bepaalde omstandigheden te verbeteren of bepaalde activiteiten te bevorderen. Zo bestaan er bijvoorbeeld subsidies op het aannemen van moeilijk plaatsbaar personeel, op scholing, export-import, op maatregelen die een laag energieverbruik stimuleren enzovoort. In zekere zin mogen gunstige fiscale maatregelen ook beschouwd worden als subsidievormen.
Surseance van betaling
Wat is een surséance?
Surséance van betaling betekent uitstel van betaling, met het doel een faillissement te voorkomen. Een bedrijf moet hiervoor toestemming krijgen van de Rechtbank, nadat zij de surséance zelf heeft aangevraagd. De Rechtbank zal surséance verlenen als er kan worden aangetoond dat de financiële problemen slechts tijdelijk zijn en dus van voorbijgaande aard. Met een surséance van betaling krijgt een bedrijf de mogelijkheid om naar een oplossing te zoeken voor de financiële problemen, bijvoorbeeld door het aanbieden van een akkoord aan de schuldeisers. Voor het aannemen van een akkoord is vereist dat tweederde van het aantal schuldeisers vóórstemmen.
Wanneer komt je bedrijf in aanmerking voor surséance?
Je bedrijf moet de volgende eigenschappen hebben om voor surséance in aanmerking te komen:
je bedrijf heeft een positieve cashflow
er is geen sprake van mismanagement of van een overschot aan personeel
je bedrijf is in de kern gezond en heeft een goede aansluiting met de markt
de concurrentieverhoudingen in de markt zijn van dien aard dat vaste opdrachtgevers niet zonder meer, na het uitspreken van een surséance, weglopen
er is 100% zekerheid dat het bevriezen van achterstallige schulden je bedrijf direct meer lucht geeft.
je bedrijf zit alleen tijdelijk krap bij kas en die krapte wordt veroorzaakt door incidentele tegenvallers, die niet structureel van aard zijn.
Uitvinding
Een uitvinding is een technisch product of productieproces, dat nieuw en inventief is.
Vaste activa
Investeringen waarin geld langer dan een jaar wordt vastgelegd (machines, apparatuur, onroerend goed enz.).
Vennootschap onder firma (V.O.F.)
De vennootschap onder firma (VOF) is een samenwerkingsvorm tussen twee of meer personen (vennoten of firmanten genaamd) die onder gemeenschappelijke naam een bedrijf uitoefenen. De basis voor deze gezamenlijke bedrijfsvoering is het firmacontract. De samenwerking houdt in dat ieder van de vennoten kapitaal, arbeid en goederen inbrengt met de bedoeling het hierdoor ontstane resultaat (winst of verlies) met elkaar te delen. De vennoten zijn hoofdelijk aansprakelijk. Als de vennootschap haar verplichtingen niet nakomt is iedere vennoot met zijn privévermogen voor 100% aansprakelijk, ook als deze door aan andere vennoot zijn aangegaan.
Vennootschapsbelasting
De winst van een BV of NV wordt belast met vennootschapsbelasting.
Venture capital
Engelse term voor risicokapitaal of risicodragend vermogen ten behoeve van startende of snel groeiende kleine en middelgrote ondernemingen.
Vlottende activa
Vlottende activa zijn die activa die reeds in liquide vorm als kas-, bank of girotegoeden aanwezig zijn, dan wel op korte termijn (binnen een jaar) hierin zijn om te zetten (voorraden, debiteuren).
Voorgebruik
Voorgebruik ontstaat wannneer de uitvinding reeds voor de aanvraagdatum van het octrooi, door de vermeende inbreukmaker aantoonbaar bedrijfsmatig werd toegepast. Deze toepassing is niet openbaar en publiek toegankelijk (anders zou de uitvinding niet meer nieuw zijn). Er is hier sprake van een uitzondering op het alleenrecht van de octrooihouder.
Vreemd vermogen
Vreemd vermogen is al het kapitaal buiten het eigen vermogen wat aangetrokken wordt voor het voeren van de onderneming. Vreemd vermogen kan men in diverse vormen tegenkomen op de balans.
Winst
Uit het verschil tussen omzet en het totaal van de gemaakte kosten om die omzet te realiseren, ontstaat eerst de `winst voor belasting`: na betaling van belasting ontstaat de nettowinst. Wordt de winst gereserveerd, dan ontstaat er een toegenomen eigen vermogen. De winst kan ook worden geinvesteerd waardoor op langere termijn een beter rendement kan worden behaald.
Winst- en verliesrekening
De winst- en verliesrekening geeft een overzicht van alle kosten en opbrengsten die het gevolg zijn van de exploitatie van je bedrijf gedurende dat jaar.
Winstreserve
Onderdeel van het eigen vermogen dat is ontstaan door het inhouden van winst.
Zelfstandigenaftrek
Als je een zelfstandige ondernemer bent tussen de 18 en 65 jaar, geldt - onder bepaalde voorwaarden - voor jou deze extra aftrekpost. Je moet dan wel tenminste 1225 uur per jaar, dus het grootste deel van de tijd, besteden aan de onderneming. De hoogte van de zelfstandigenaftrek is afhankelijk van de hoogte van de winst.
Ziektewet
Sinds 1 maart 1996 moet de werkgever het loon van de zieke werknemer zelf betalen. Ze moeten minstens zeventig procent van het dagloon doorbetalen. Na 52 weken valt de zieke werknemer onder de WAO. Werkgevers kunnen zich tegen dit risico verzekeren bij een verzekeringsmaatschappij. Sommige bedrijfsverenigingen hebben in reactie op de Ziektewet zelf een verzekeringsmaatschappij opgericht, zodat werkgevers desgewenst niet hoeven te `verkassen`.
De hoogte van de premie hangt af van het ziekteverzuim in het betrefffende bedrijf en wordt in overleg vastgesteld. Het loont de moeite om een offerte aan te vragen bij verschillende verzekeringsmaatschappijen omdat de premies en service zeer uiteen lopen. Werkgevers moeten medewerkers die langer dan dertien weken ziek zijn aanmelden bij de uitvoeringsinstelling.