Enveloppenlexicon

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Diverse industrieën en ambachten > Print en drukwerk
Datum & Land: 15/02/2007, NL offline
Woorden: 257


Stramien
vast lijnpatroon waarop beeldelementen worden gepositioneerd en dat wordt gebruikt voor het ontwerpen en specificeren van drukwerk, interieurs en autobelettering

Stokletters
letters die boven de x-hoogte uitsteken (b, d, f, etc.)

Steunkleur
extra kleuren in drukwerk naast het gebruik van zwart. De kleuren van de Europaschaal worden geen steunkleuren genoemd

Stanslijn
de lijnen op een plano vel die aangeven waar het stansmes geplaatst moet worden

Stansen
met een scherpe, speciaal gemaakte mesvorm grillige gaten in of vormen aan drukwerk aanbrengen

Standproef
drukproef die is bedoeld om de stand van teksten aan te geven

Staffelen
dakpansgewijs stapelen

Staartwit
ruimte tussen afdruk en onderzijde papierrand

Staartletters
letters die onder de x-hoogte uitsteken (g, j, p, etc.)

Staalstempeldruk
het verhoogd aanbrengen van glimmende inkt. Veel toegepast in klassiek briefpapier

Subtractieve kleuren
de indrukken die kleuren op het oog maken bij reflectie, doordat bepaalde delen van het spectrum van het wit van de ondergrond (dat uit alle kleuren bestaat) van het totaal aan kleur worden afgetrokken

Symmetrie
opbouw van (typografische) elementen waarbij de elementen in het midden onder elkaar staan

Tegendrukcilinder
de cilinder van een offsetpers, die het papier tegen het rubberdoek drukt

Toonwaarde
het vloeiende onderscheid in kleurnuances tussen de lichtste en donkerste partij in halftoonmodellen

Tweecomponentenlak
in de nabewerkingsfase aangebrachte laklaag met zeer sterke mechanische eigenschappen, evenals een zekere hitte- en chemische bestendigheid

Typografische middelen
letters, beelden, lijnen, vlakken en andere materialen waarmee drukwerk wordt vormgegeven

Typografie
het kiezen, organiseren en vormgeven van typografische middelen zodat een geheel onstaat dat de boodschap goed overdraagt

Uitvullen
het zodanig verdelen van de ruimte tussen de woorden op een regel, dat een rechte voor- en achterzijde ontstaat. Levert doorgaans een onrustig leesbeeld op

Uitsparen
het feitelijk niet drukken van teksten, lijnen of afbeeldingen in ondergronden. Indien elementen Uitgespaard worden in een gekleurde ondergrond levert dit dus een (wit) beeld op

Universele velleninleg
algemene inrichting op een drukpers die de te bedrukken vellen een voor een de machine invoert

UV-lak
(ultraviolette) hoogglanslak voor drukwerk met zeer sterke eigenschappen en korte droogtijd

Vacuümpomp
luchtwegzuigende pomp

Vacuüm
luchtledig

Vernis
zie persvernis

Velindeling
het rangschikken en vastzetten van positieven en negatieven voorafgaande aan het plaatmaken

Vignet
een uit elementen samengesteld, decoratief handelsmerk

Vierkleurendruk
kleurendruksysteem om afbeeldingen in alle kleurnuances weer te geven. Gebaseerd op vier kleuren uit de Europaschaal: cyaan (blauw), magenta (rood) geel en zwart

Volvlak
(kleur)vlak in drukwerk dat zonder raster aaneengesloten met inkt is bedrukt

Vrijstaand
het weghalen van achtergronden op bijvoorbeeld foto`s, zodat objecten in de vrije ruimte staan afgebeeld

Vrije regelval
het vrij onder elkaar plaatsen van de regels, zonder rechte voor- of achterzijde

Watermerk
doorzichtige, dunne plekken in papier waarin teksten of afbeeldingen zijn te herkennen. Dit effect, dat wordt bereikt door speciale voorzieningen in de papiermachine, geeft een bijzonder (vaak klassiek) aspect aan waardedrukwerk, maar speelt ook een rol in het tegengaan van vervalsing

Wentelstang
draaistang

Witregel
een geheel blanco regel in een tekstkolom; is gelijk aan een regeltransport van de typemachine, printer of zetmachine

Wit
alle onbedrukte delen en vrije ruimten in drukwerk (o.a. woordwit, kopwit, snijwit)

Woordwit
vrije ruimte tussen woorden (woordtussenruimte)

Wolkigheid
onregelmatige verdeling van vezels in papier waardoor helderheidsverschillen optreden. Papier is dan niet gelijk van dikte

YMCK
yellow, magenta, cyan, black; kleurensysteem dat gebruikt wordt bij print. Zie ook vierkleurendruk

Zetwerk
het zetten van letters

Zetspiegel
de maximale hoogte en breedte van zetwerk op een pagina

Zetbreedte
maximale breedte waarbinnen het zetwerk moet vallen

Zelfklevend
voorzien van klevende laag

Zelfklevend materiaal
papier, kunststof of metaalfolie dat aan een zijde een kleeflaag draagt

Zeefdruk
drukmethode, waarbij de inkt door een zeef op het te bedrukken materiaal wordt gebracht Toegepast in veelal kleine oplagen, voor zeer dekkende inkten en het bedrukken van kunststoffen

Zijwit
ruimte tussen afdruk en rechter- of linkerzijde van de papierrand

A9
37 x 52 mm

A8
52 x 74 mm

A7
74 x 105 mm

A6
105 x 148 mm

A5
148 x 210 mm

A4
210 x 297 mm

A3
297 x 420 mm

A2
420 x 594 mm

A10
26 x 37 mm

A1
594 x 841 mm

A0
Een vel A0 papier heeft een oppervlakte van 1m². De lengte-breedte verhouding is √2. De afmeting van A0 is daarvoor 841 x 1189 mm. Alle andere A-maten hebben ook een lengte-breedte verhouding van √2, en zijn steeds een half keer zo groot. Dus A1=0,5m², A2=0,25m², A3=0,125m² enz...

M.C.-papier
(Machine Coated) papier voorzien van speciale afwerklaag. Geeft een bijzonder gesloten, mat of glanzende oppervlakte

X-hoogte
de hoogte van de letters zonder stok of staart (a, c, x, etc.)