Aanlopen definities

Zoek op

aanlopen

aanlopen logo #1000 aanlopen werkw. Uitspraak: [ 'anlopə(n) ] Afbreekpatroon: aan·lo·pen Vervoegingen: liep aan (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is aangelopen (volt.deelw.) 1) korte tijd bezoeken Voorbeelden: 'Grote schepen kunnen moeiteloos de Rotterdamse haven aanlopen.' , 'even bij je oma aanlopen' Synoniem: binnenlopen 2) een bepaa...
Gevonden op https://www.woorden.org/woord/aanlopen

Aanlopen

Aanlopen logo #10101) Langskomen 2) In het voorbijgaan bezoeken 3) Aanwaaien 4) Aanwippen 5) Naderen 6) Wrijving ondervinden 7) Bezoek 8) Langslopen
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Aanlopen/1

aanlopen

aanlopen logo #11619een haven binnenkomen en aanleggen; door verhitting verkleuren
Gevonden op https://uitleenwoordenbank.ivdnt.org/index.php/uitleen/zoek_gecombineerd_ca

Aanlopen

Aanlopen logo #11618 oplopen, hoger worden, vermeerderen, toenemen. - Voorbeeld: ‘Maanden reeds moest al 't geen ze in 't huishouden vandoen had, op de plak gehaald worden, en met niets dan 't hoognodige, bleek de schuld zo aangelopen, dat ze zelf niet meer naar de winkel gaan dorst, er de kinders op afstuurde
Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0004.php

aanlopen

aanlopen logo #10819ergens naar toe varen, meestal met het doel er ligplaats te kiezen. O.a. genoemd in: Woordenboek der Nederlandsche taal 1882 De Vries & Te Winkel.
Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=a#aanlopen
Geen exacte overeenkomst gevonden.