
aanwijzen werkw. Uitspraak: [ ˈanwɛizə(n) ] Afbreekpatroon: aan·wij·zen Vervoegingen: wees aan (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft aangewezen (volt.deelw.)
1) met de wijsvinger wijzen naar (iets of iemand) Voorbeeld: 'een woord in een tekst aanwijzen' aanwijzend voornaamwoord (<woord waarmee je duidelijk maakt wie of we...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/aanwijzen

1) Indiceren 2) Aanduiden 3) Aangeven 4) Aangewezen 5) Aanstellen 6) Aanstippen 7) Tonen 8) Aantonen 9) Duiden 10) Benoemen 11) Uitduiden 12) Uitwijzen 13) Wijzen 14) Vertonen 15) Demonstreren 16) Assigneren 17) Kenschetsen 18) Beduiden 19) Tentoonspreiden 20) Doen zien 21) Kiezen 22) Bestemmen
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Aanwijzen/1

aangeven, toewijzen
Gevonden op
https://uitleenwoordenbank.ivdnt.org/index.php/uitleen/zoek_gecombineerd_ca
Geen exacte overeenkomst gevonden.