bevallig bijv.naamw. Afbreekpatroon: be·val·lig -gewoonlijk vrouwelijke- schoonheid bezittend die bij anderen -gewoonlijk mannen- in de smaak valt. Voorbeeld: 'Toen het bevallige meisje binnenliep, trok zij de aandacht van alle mannen aan de bar.' . Synoniemen: aangenaam aanlokkelijk aantrekkelijk aanvallig aardig attractief bekoorlijk ch...
1) Aangenaam 2) Aanlokkelijk 3) Aanlokken 4) Aanminnig 5) Aantrekkelijk 6) Aanvallig 7) Aardig 8) Abel 9) Allerliefst 10) Appetijtelijk 11) Attractief 12) Bekoorlijk 13) Bekoren 14) Bekwaam 15) Bepalen 16) Charmant 17) Elegant 18) Flink 19) Fraai 20) Geestig 21) Goed 22) Goeddunken 23) Goedgebouwd 24) Gracelijk 1) Aangenaam 2) Aanlokkelijk 3) Aanminnig 4) Aantrekkelijk 5) Aanvallig 6) Aardig 7) Aantrekkelijk en lieflijk 8) Abel 9) Attractief 10) Bedreven in iets 11) Behaaglijk 12) Bekoorlijk 13) Charmant 14) Charmant en verleidelijk 15) Delicaat en aantrekkelijk 16) Elegant 17) Elegant en betoverend 18) Elegant en aangenaam 
gracieus (toon de herkomst via de etymologiebank)
mooi en sierlijk vb: bevallig boog ze voor de koningin
• -gewoonlijk vrouwelijke- schoonheid bezittend die bij anderen -gewoonlijk mannen- in de smaak valt
gracieus, lief, sierlijk
gracieus