ferm bijv.naamw. Uitspraak: [ fɛrm ] 1) met een groot en sterk lichaam Voorbeeld: 'Zij heeft een paar ferme zonen.' Synoniem: flink 2) sterk van karakter Voorbeeld: 'ferme uitspraken doen' Synoniem: krachtig Synoniemen: beslist dapper doortastend drastisch fiks flink fysiek sterk kordaat krachtdadig krachtig moedig ...
1) Beraden 2) Beslist 3) Boud 4) Danig 5) Dapper 6) Degelijk 7) Doortastend 8) Drastisch 9) Energiek 10) Fier 11) Fiks 12) Flink 13) Gedecideerd 14) Geestkracht tonend 15) Heldhaftig 16) Kloek 17) Koen 18) Kordaat 19) Krachtdadig 20) Krachtig 21) Kranig 22) Krachtig en vastberaden 23) Krachtig in houding 1) Beslist 2) Boud 3) Dapper 4) Doortastend 5) Drastisch 6) Energiek 7) Fier 8) Fiks 9) Flink 10) Geweten 11) Kloek 12) Koen 13) Kordaat 14) Krachtdadig 15) Krachtig 16) Krachtvol 17) Kranig 18) Moedig 19) Onversaagd 20) Onverschrokken 21) Onvervaard 22) Potent 23) Resoluut 24) Robuust 25) Solide 26) Standvastig 
Let op: Spelling van 1858 vast, standvastig, kloekmoedig. Fermeteit, fermeté, Fr., vastheid, standvastigheid
flink, standvastig, stevig (toon de herkomst via de etymologiebank)
wie gevaarlijke dingen durft vb: ferm stapte hij op de hond af Synoniemen: dapper moedig heldhaftig Tegenstelling: laf
flink
flink