Fut definities

fut

de fut zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ fʏt ] zin en energie Voorbeelden: 'er geen fut meer voor hebben' , 'In de eerste helft was de fut al uit de wedstrijd.' Synoniem: puf Synoniemen: aandrift daadkracht energie esprit kracht momentum pit puf werklust 8 definities...
Gevonden op https://www.woorden.org/woord/fut

---

Fut

1) Aandrift 2) Animo 3) Bluf 4) Daadkracht 5) Doorzettingsvermogen 6) Energie 7) Esprit 8) Geestkracht 9) Kracht 10) Levendigheid 11) Lichaamskracht 12) Lust 13) Moed 14) Momentum 15) Pep 16) Pit 17) Pittigheid 18) Puf 19) Spirit 20) Sterkte 21) Trek 22) Veerkracht 23) Vuur 24) Werkkracht 25) Werklust
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Fut/1

---

Fut

1) Aandrift 2) Animo 3) Bluf 4) Daadkracht 5) Dynamiek en enthousiasme 6) Energie 7) Energie of vitaliteit 8) Esprit 9) Kavok 10) Kracht 11) Kroeg 12) Kracht of levenslust 13) Levenskracht 14) Lichaamskracht 15) Lust 16) Moed 17) Momentum 18) Pep 19) Pit 20) Puf 21) Ruggengraat 22) Spirit 23) Sterkte
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Fut/1

---

fut

geestkracht, lichaamskracht, pit (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/fut

---

fut

kracht en zin om iets te doen vb: ik heb geen fut voor dat karwij Synoniemen: energie werkkracht
Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=fut

---

fut

energie, kracht, vermogen en lust om iets te ondernemen
Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/fut

---

---

fut

uitroep: mis, weg, niets
Gevonden op https://uitleenwoordenbank.ivdnt.org/index.php/uitleen/zoek_gecombineerd_ca

---

Fut

[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Bouwkunde) schacht of schaft van een zuil, het gedeelte tussen het voetstuk (basis) en het kapiteel.
Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0010.php

---

fut

energie
Jaar van herkomst: 1813 (WNT )
Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php

---

fût

FR; vat, fust. Zie Élevée en fûts de chêne
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10519

---

fut

Spreekwoorden: (1914) Fut.
Vooral in de zegswijze ‘er zit geen fut in hem’, of ‘alle fut (fuut) is er uit’, dat wil zeggen alle kracht, opgewektheid, energie, kavok (Maastricht), is er uit, wat men te Deventer fup noemt (Draaijer, 12). Zie Opprel, 56 a: fut, kracht, opgewektheid, levenslust; ook in...
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

---