inslikken werkw. Uitspraak: [ 'ɪnslɪkə(n) ] Afbreekpatroon: in·slik·ken Vervoegingen: slikte in (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ingeslikt (volt.deelw.)
1) door je keel naar binnen slikken Voorbeelden: 'De peuter heeft per ongeluk het speelgoedbeestje ingeslikt.' , 'na het tandenpoetsen het water in je mond inslikken' An...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/inslikken
1) Avaleren 2) Beheersen 3) Doorslikken 4) Inhouden 5) Innemen 6) Verzwelgen 7) Verzwijgen
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Inslikken/1
1) Beheersen 2) Doorslikken 3) Inhouden 4) Innemen 5) Niet helemaal uitspreken 6) Niet uiten 7) Onduidelijk spreken 8) Opslokken 9) Terugnemen 10) Verkroppen 11) Verzwelgen
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Inslikken/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.
