kopen werkw. Uitspraak: [ ˈkopə(n) ] Afbreekpatroon: ko·pen Vervoegingen: kocht (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gekocht (volt.deelw.) voor geld in je bezit krijgen Voorbeelden: 'groente en vlees kopen' , 'een nieuwe fiets kopen' Antoniem: verkopen Daar koop ik niks voor. (daar heb ik niets aan) Synoniemen: aankoop aankopen aansch... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/kopen
het krijgen in ruil voor geld vb: ik koop een nieuwe jas dat huis is te koop [je kunt het kopen] wat koop ik daarvoor? [wat heb ik daaraan?] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=kopen