loshangen werkw. Uitspraak: [ 'lɔshɑŋə(n) ] Afbreekpatroon: los·han·gen Vervoegingen: hing los (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft losgehangen (volt.deelw.) niet vastgemaakt of samengebonden Voorbeelden: 'De stad bood een troosteloze aanblik: overal kapotte auto's en trams en loshangende bovenleidingen.' , 'een portret van de jong... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/loshangen