onmiddellijk bijv.naamw. Uitspraak: [ ɔnˈmɪdələk ] Afbreekpatroon: on·mid·del·lijk 1) zonder te wachten Voorbeelden: 'Het brandalarm ging en we moesten onmiddellijk naar buiten.' , 'In het woord 'onmiddellijk' worden de meeste spelfouten gemaakt.' Synoniemen: : direct, seffens, meteen, 2) in de onmiddellijke... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/onmiddellijk
zonder te wachten vb: je moet onmiddellijk komen Synoniemen: dadelijk direct [2] gelijk [3] meteen ogenblikkelijk acuut [2] Tegenstellingen: dadelijk straks zo aanstonds Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=onmiddellijk