Meet ik wat ik wil meten? Probleem: we moeten weten wat we willen meten en we moeten kunnen vergelijken
de validiteit zelfst.naamw. (v.) Verbuigingen: validiteiten geldigheid Synoniemen: geldigheid lichamelijke geschiktheid 
1) Geldigheid 2) Lichamelijke geschiktheid 3) Capabiliteit 
[psychologie en sociologie] Eigenschap van een meetinstrument. De vraag in hoeverre het instrument wel datgene meet dat het wordt verondersteld te meten. Zie ook betrouwbaarheid en operationele definitie.
geldigheid
Validiteit is de mate waarin een meting - bewering of uitspraak valide is. Validiteit wordt ook wel omschreven als de mate waarin een meetinstrument aan zijn doel beantwoordt. Wanneer men wil weten hoe lang iemand is, dan is het meten van iemands lichaamslengte bijvoorbeeld een valide meting. Maar wanneer men is geïnteresseerd in het IQ, dan is he...
Synoniem: juistheid, validity (Eng) 
Engels:Validity geldigheid
Term uit de statistiek en epidemiologie. Mate van waarschijnlijkheid waarmee de onderzoeksresultaten overeenkomen met de werkelijkheid van het fenomeen dat men onderzoekt. Met andere woorden: de mate waarin een test meet wat deze zou moeten meten.
De bruikbaarheid van een meet- of analyse-instrument wordt onder andere bepaald door de validiteit van het instrument. Hierbij gaat het om de mate waarin het gemeten kenmerk overeen komt met het bedoelde concept.
De mate van correctheid vam de uitkomsten van een test of onderzoek.
geldigheid (toon de herkomst via de etymologiebank)
'Validiteit' of 'geldigheid' is de mate waarin een test meet wat deze zou moeten meten. In de jaren 1950 introduceerde Lee Cronbach samen met Paul Meehl het begrip validiteit.
•geldigheid.
(Validity) (De nauwkeurigheid van de conclusies die op basis van gegevens worden getrokken; de mate waarin een meetinstrument precies meet wat het beoogt te meten.)