Vastzitten definities

Zoek op

vastzitten

vastzitten logo #1000vastzitten werkw. Uitspraak: [ ˈvɑstsɪtə(n) ] Afbreekpatroon: vast·zit·ten Vervoegingen: zat vast (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft vastgezeten (volt.deelw.) 1) zó zitten dat je het niet kunt bewegen Voorbeeld: 'Die dop zit vast, ik krijg hem niet van de fles.' Antoniem: loslaten 2) in de gevangenis zitten
Gevonden op https://www.woorden.org/woord/vastzitten

Vastzitten

Vastzitten logo #10101) Belemmering 2) Blijven hangen 3) Gevangen zijn 4) Gevangen zitten 5) Haperen 6) In het nauw zitten 7) In verlegenheid zijn 8) Klem zitten 9) Plakken 10) Steken
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Vastzitten/1

Vastzitten

Vastzitten logo #10101) Brommen 2) Haperen 3) Klemmen 4) Klemzitten 5) Steken
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Vastzitten/1

vastzitten

vastzitten logo #11331in de gevangenis zitten vb: mijn buurman heeft vastgezeten, maar nu is hij weer vrij
ergens aan vastzitten [het moeten doen, er niet meer onderuit kunnen]
Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=vastzitten

vastzitten

vastzitten logo #10814•onbeweeglijk gehouden worden.
Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/vastzitten

vastzitten

vastzitten logo #10819met een vaartuig op de bodem van het vaarwater rusten of door ijs dusdanig ingeklemd zijn dat men niet meer weg kan. Ook vastliggen genoemd.
Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=v#vastzitten
Geen exacte overeenkomst gevonden.