
1.verbruik, inspanning, inzet, verspilling Voorbeeld: ‘Z'en kloeg aan niemand over haar lastig leven (...) z'en rekende 't verteer van haar krachten niet, als 't maar voort bleef goedgaan in het huishouden’ (Langs Wegen 154) 2.het uitgeven van geld Voorbeeld: ‘Als vrucht van 't verteer ontstaat de winst bij de ander en omgekeerd
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.