de biechtvader zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: biecht·va·der Verbuigingen: biechtvaders (meerv.) Verbuigingen: biechtvadertje (verkleinwoord) een priester die biechten afneemt Voorbeeld: 'Ga onmiddellijk naar de biechtvader toe!' . 3 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/biechtvader
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Rooms-Katholiek) de geestelijke, bij wien men gewoonlijk zijn biecht spreekt, of wel die cura animarum (zie aldaar) heeft, daar niet ieder priester biecht hoort. Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0006.php