krabbelen werkw. Uitspraak: [ ˈkrɑbələ(n) ] Afbreekpatroon: krab·be·len Vervoegingen: krabbelde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gekrabbeld (volt.deelw.) 1) met je nagels krassen op je lichaam Voorbeeld: 'Ik heb zo'n jeuk, ik moet steeds krabbelen.' Synoniem: krabben 2) slordig opschrijven Voorbeeld: 'ee... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/krabbelen
snel en slordig opschrijven of tekenen vb: zij krabbelde een schets op het papier met de nagels of met een scherp voorwerp ergens overheen gaan vb: hij krabbelde zich op het hoofd Synoniem: krabben steeds vallen en weer opstaan vb: de kinderen krabbelen op het ijs Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=krabbelen