meteen bijwoord Uitspraak: [ mə'ten ] Afbreekpatroon: met·een 1) zonder te wachten Voorbeeld: 'meteen een dokter bellen' Synoniemen: : onmiddellijk, direct 2) tegelijk met iets anders Voorbeeld: 'Dat kan ik meteen wel even doen als ik toch de hond uitlaat.' Synoniemen: aanstonds daarnet daarstraks dadelijk direct g...
1) Aanstonds 2) Acuut 3) Bijeen 4) Daarnet 5) Daarstraks 6) Dadelijk 7) Direct 8) Dra 9) Gauw 10) Gelijk 11) Gelijktijdig 12) Juist 13) Net 14) Nu 15) Ogenblikkelijk 16) Omgaand 17) Onmiddellijk 18) Onverwijld 19) Pas 20) Prompt 21) Rechtstreeks 22) Regelrecht 23) Schielijk 24) Spoorslags 25) Staandevoets 1) à la minute 2) Aanstonds 3) Acuut 4) Bijwoord 5) Bijwoord van tijd 6) Daarnet 7) Daarstraks 8) Dadelijk 9) Direct 10) Dra 11) Fluks 12) Gauw 13) Gelijk 14) Gelijk doen 15) Heel gauw 16) In een wip 17) In één-twee-drie 18) Juist 19) Langzamerhand 20) Net 21) Niet straks 22) Nou 23) Nu 24) Ogenblikkelijk 
bijwoord van tijd: dadelijk (toon de herkomst via de etymologiebank)
zonder te wachten vb: hij kwam meteen op ons af Synoniemen: dadelijk direct [2] gelijk [3] onmiddellijk [2] ogenblikkelijk acuut [2] Tegenstellingen: dadelijk straks zo aanstonds
•onmiddellijk. •tegelijkertijd.
dadelijk
bijwoord van tijd: dadelijk