
de miniburger zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: mi·ni·bur·ger Verbuigingen: miniburgers (meerv.) Verbuigingen: miniburgertje (verkleinwoord)
een kleine hamburger Voorbeelden: 'Naast de grotere ronde platte schijven gehakt die hamburger heten, kennen we ook de kleinere miniburgers' , '(...) en vlucht met zijn dochters weg onderzee...' . ...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/miniburger
Geen exacte overeenkomst gevonden.