pinkelen werkw. Verbuigingen: pinkelde Verbuigingen: gepinkeld 1) flikkeren 2) knipperen met de ogen Synoniemen: flakkeren 
1) Pinken 2) Tintelen 3) Flonkeren 4) Twinkelen 5) Flakkeren 6) Schitteren 7) Turen 
wegslaan van een puntig houtje met een stok
Uit `De lagere vaktalen: Diamantbewerking` 1914 't maken van bezeelen en paviljoenen aan achtkantjes.
wegslaan van een puntig houtje met een stok (toon de herkomst via de etymologiebank)