Zie ook:
tintel

tintelen werkw. Uitspraak: [ ˈtɪntələ(n) ] Afbreekpatroon: tin·te·len Vervoegingen: tintelde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft getinteld (volt.deelw.)
een zacht, prikkelend gevoel geven Voorbeeld: 'Mijn handen tintelen van de kou.' Synoniemen: mousseren opbruisen prikkelen slapen sprankelen
Gevonden op
https://woorden.org/woord/tintelen

1) Petilleren 2) Mousseren 3) Een prikkelend gevoel ondervinden 4) Fonkelen 5) Tinsen 6) Opbruisen 7) Singelen 8) Flikkeren 9) Flonkeren 10) Prikken 11) Prikkelen van kou 12) Zangeren 13) Prikkelen van de kou 14) Prikkelen 15) Glinsteren 16) Sprankelen 17) Zengelen 18) Pijnlijk gevoel in koude vingers
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Tintelen/1

flikkeren, flonkeren -
Jaar van herkomst: 1480 (WNT )
prikkelen -
Jaar van herkomst: 1340-1350 (MNW )
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php

prikkelen, glinsteren (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
https://etymologiebank.nl/trefwoord/tintelen
voortdurend zacht prikkelen vb: toen ik van de kou in de warmte kwam tintelden mijn handen
steeds even oplichten vb: zijn ogen tintelden ondeugend
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/
Geen exacte overeenkomst gevonden.