representatief bijv.naamw. Uitspraak: [ reprezɛntaˈtif ] Afbreekpatroon: re·pre·sen·ta·tief 1) zo netjes dat je een goede indruk maakt Voorbeeld: 'representatief gekleed zijn' 2) (van een deel van een groter geheel) een goede indruk gevend van het geheel Voorbeelden: 'een representatieve steekproef' , 'Dit num...
1) Typerend 2) Goed ogend 3) Geschikt om te vertegenwoordigen 4) Vertegenwoordigend 5) Karakteristiek 
•met bepaalde kenmerken een groep of geheel vertegenwoordigend. •een goede indruk makend.
een goede indruk makend
Def.: in zijn kenmerken een groep of geheel vertegenwoordigend - karakteristiek
met een zekere uitstraling; een indruk opwekkend die aansluit bij het (gewenst) imago.
Dit wordt gezegd van mensen of dingen die een goed beeld geven van de groep waar ze bij horen.
Waar je mee voor de dag kunt komen
(1) presentabel: een goede indruk makend; (2) Als deel van een groter geheel een betrouwbare indruk gevend van dat geheel.
Dit wordt gezegd van mensen of dingen die een goed beeld geven van de groep waar ze bij horen.
Vertegenwoordigend. De koningin vertegenwoordigt Nederland.
politiek: in zijn kenmerken een groep of geheel vertegenwoordigd. ...
selectie die een goed beeld geeft van de hele groep vb: de prestaties van deze leerlingen zijn representatief voor de hele school