Resideren definities

Zoek op
Zie ook: resideer

resideren

resideren logo #1000 resideren werkw. Uitspraak: [ rezi'derə(n) ] Afbreekpatroon: re·si·de·ren Vervoegingen: resideerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geresideerd (volt.deelw.) ergens wonen of verblijven Voorbeeld: 'In Vaticaanstad bevindt zich het Apostolisch Paleis, waar de paus officieel resideert.' Synoniemen: gezeten zijn leven logeren verbli...
Gevonden op https://www.woorden.org/woord/resideren

Resideren

Resideren logo #10101) Verblijven 2) Wonen 3) Leven 4) Hof houden 5) Zijn woonplaats hebben 6) Zetelen 7) Logeren 8) Verblijf houden
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Resideren/1

resideren

resideren logo #11306wonen (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/resideren

resideren

resideren logo #11344wonen
Jaar van herkomst: 1467 (HWS )
Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.