de ruif zelfst.naamw. Verbuigingen: ruiven Verbuigingen: ruifje houten of ijzeren traliewerk als voederrek voor de dieren 
1) Voederrek 2) Voederrek voor hooi 3) Staluitrusting 4) Voerbak 5) Getraliede voederbak 6) Voederkrib 7) Voederbak voor hooi 8) Traliewerk bij een voederbak 9) Stalmeubel 10) Voederbak 11) Plok 12) Rasteel 13) Traliewerk boven een voederbak 14) Deel van een boerderij 15) Schuin traliewerk in stallen 
houten of ijzeren, schuinstaand of schuin opgehangen voederrek voor dieren elkaars concurrent zijn
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Ruif``] Zie Stal
traliewerk waarachter hooi ligt
traliewerk als voederrek voor dieren (toon de herkomst via de etymologiebank)
Een 'ruif' is een houten of ijzeren, schuinstaand of schuin opgehangen voederrek voor landbouwdieren zoals paarden, schapen, koeien en geiten. Een ruif bestaat uit tralies waar de dieren het voer tussendoor kunnen pakken en eten.
Ruiven zijn houten of ijzeren voederrekken voor dieren zoals paarden, schapen, koeien, geiten en herten. Een ruif bestaat uit schuingeplaatste tralies waar de dieren het voer tussendoor kunnen pakken. Door hooi of vers gras in een ruif aan te bieden, blijf het voer vers blijft en gaat er weinig verloren. Ruiven kunnen vrijstaand zijn of opgehangen ...
(Eng: rack) De mechanische constructie waarin een aantal prentmontage-eenheden zijn geplaatst. Deze prentmontage-eenheden zijn onderling en met de prentmontage-eenheden in andere ruiven en/of andere apparatuur door middel van bekabelingen (bussen) verbonden.
(Eng: shelf) Deel van een kabinet of kast waarin prentmontage-eenheden (printed circuit boards) zij aan zij (verticaal) worden geplaatst.