vertolken werkw. Uitspraak: [ vər'tɔlkə(n) ] Afbreekpatroon: ver·tol·ken Vervoegingen: vertolkte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft vertolkt (volt.deelw.) 1) (een gevoel of mening) uitdrukken Voorbeeld: 'De brief vertolkt het standpunt van de gehele fractie.' 2) (een rol of muziekstuk) spelen Voorbeeld: 'Hi...
1) Interpreteren 2) Overbrengen 3) Overzetten 4) Reproduceren 5) Translateren 6) Uitbeelden 7) Uitdrukken 8) Uiten 9) Uitleggen 10) Verbeelden 11) Verdietsen 12) Verpersonificeren 13) Vertalen 14) Verwoorden 15) Weergeven 1) Interpreteren 2) Overbrengen 3) Overzetten 4) Translateren 5) Uitbeelden 6) Uitdrukken 7) Uiten 8) Uitleggen 9) Uitvoeren 10) Verbeelden 11) Verduidelijken 12) Verpersonificeren 13) Vertalen 14) Vervullen 15) Verwoorden 16) Weergeven 
vertonen of aan publiek laten horen vb: de rol werd vertolkt door een bekend acteur Synoniemen: uitvoeren weergeven
uitleggen, interpreteren