1.wegdoezelen, in slaap wegzinken Voorbeeld: ‘Al verschillende keren was hij halfwakker geweest, maar telkens weer weggedommeld in een soezelige slaap’ 2.onzichtbaar worden, verdwijnen Voorbeeld: ‘Langs de diep uitgeholde zandstraat, nevens haar gevel, kwam nooit een mensenziel voorbij, buiten late, een zoetaard ievers met zijn zoet... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0025.php