DexiaInvestor
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Aardrijkskunde > Beleggen
Datum & Land: 15/02/2007, NL offline
Woorden: 402
Private Equity BEVAK
Beleggingsvennootschap die belegt in groei-ondernemingen en in niet-genoteerde effecten. Het is een fonds van het closed-end type dat tot doel heeft te beleggen in `private equities`, d.w.z. ondernemingen die nog niet op de beurs genoteerd zijn.
Primary dealer
Financiële instelling die deelneemt aan tenders op de markt van de OLO`s of schatkistcertificaten en die dit type papier plaatst.
Primaire markt
De beurs heeft twee verschillende markten: de primaire en de secundaire markt.Op de primaire markt worden nieuwe effecten uitgegeven bij een beursintroductie of een kapitaalverhoging.Op de secondaire markt worden de door de ondernemingen gecreëerde aandelen opnieuw door de aandeelhouders verkocht. Het is een soort tweedehandsmarkt.
Preferent aandeel
Een preferent aandeel is een aandeel van een onderneming dat zijn houder het recht verleent om in geval van vereffening een vaste som te ontvangen (na de houders van obligaties) en een vast dividend vóór de gewone aandeelhouders te ontvangen. Preferente aandelen zijn slechts stemgerechtigd als een bepaald aantal dividenden niet werd betaald. Het preferent aandeel wordt meestal beschouwd als een vastrentende investering.
Put Call Ratio
Verhouding tussen het aantal put- en callopties dat tijdens een bepaalde periode werd verhandeld.Een Put-Call ratio die stijgt, wijst erop dat de beleggers bearish (dalende markt) worden.
Puttable Bonds
Puttable Bonds zijn emissies van obligaties die op vraag van de belegger vervroegd terugbetaalbaar zijn. De belegger kan zijn papier dus vervroegd terug aan de emittent verkopen.Het rendement van het papier ligt bijgevolg lager dan bij een klassieke obligatie, teneinde rekening te houden met de optiepremie die aan de emittent moet worden betaald.
Putoptie
Een verkoop- of putoptie is een optie die de koper de mogelijkheid (en dus niet de verplichting) biedt om een bepaalde hoeveelheid van een actief te verkopen (aandeel, grondstof,...) tegen een vooraf vastgestelde prijs (uitoefenprijs) of tot een vooraf bepaalde datum in de toekomst. Hij betaalt hiervoor onmiddellijk een premie aan de verkoper.Met de putoptie kan men munt slaan uit koersdalingen.
Ratings - AAA, AA, ..., BB,...
Er werd een classificatiesysteem ingevoerd met letters (AAA, AA,...), ook `rating` genoemd,
dat de kredietkwaliteit van de emittenten meet.De ratings worden opgesteld door gespecialiseerde bureaus. De drie belangrijkste bureaus zijn: Standard & Poor`s (S&P), Fitch en Moody`s. De rating geeft een raming van de financiële gezondheid (solvabiliteit) van een onderneming of van een openbare instelling die een lening uitgeeft. De bepaling van de rating is gebaseerd op verschillende factoren die de economie in de ruime zin beïnvloeden, op de capaciteit van de emittent om zijn verplichtingen na te komen en op de politieke context,... Een minder goede rating betekent dat er zich voor de kredietverlener problemen kunnen stellen bij de terugbetaling van het geleende kapitaal of de interestbetaling.
Resterende looptijd
De resterende looptijd komt overeen met de periode tussen de huidige datum en de eindvervaldag of de datum van de vervroegde terugbetaling van de obligatie. Niet te verwarren met de duration.
Rescontre (op de beurs)
Operatie in twee delen waarmee de op de beurs verkochte effecten worden geleverd en het overeenkomstige bedrag wordt betaald.
Renterisico
De rentevoet beïnvloedt nagenoeg alle beleggingsinstrumenten. De obligaties zijn echter het meest rentegevoelig.Wanneer de rente op de financiële markten stijgt nadat u uw obligatie heeft gekocht, dalen de koers en bijgevolg eveneens de waarde van uw obligatie. U kunt dan immers op de markt obligaties met dezelfde looptijd als die van u maar met een hogere coupon vinden. Uw belegging is dus minder interessant dan de andere obligatie geworden. Indien u ervoor opteert om uw obligatie op dat moment te verkopen, realiseert u een negatieve return op uw belegging als gevolg van het renterisico dat u liep.
Rentemarkt
De rentemarkt is een markt voor leningen die door de Staat onder de controle van het Rentefonds worden uitgegeven of gewaarborgd. Op deze markt zijn de leningen die door de Staat werden uitgegeven en gewaarborgd en aanverwante effecten, de emissies van internationale organisaties en de leningen die door op de beurs genoteerde ondernemingen worden uitgegeven, genoteerd. Op de rentemarkt is één enkele notering per dag mogelijk.
Rentecurve - Yield Curve
De rentecurve die doorgaans `Yield Curve` wordt genoemd, toont de rentestructuur voor beleggingen met verschillende looptijden.Onder normale omstandigheden is de rentecurve `positief`: concreet betekent dit dat obligaties op korte termijn minder rente opleveren dan obligaties op lange termijn. Met andere woorden, de korte termijnrente ligt onder de lange termijnrente.Soms gebeurt het dat er een omgekeerde rentecurve is. De rentecurve is dan negatief of omgekeerd. In dit geval hebben we te maken met een omgekeerde situatie: het rendement van de korte termijnbeleggingen ligt dan boven het rendement van de belegggingen op lange termijn.
Rendement van het dividend
Het uitgekeerde dividend, uitgedrukt als een percentage van de aandelenkoers.
Rendement
Het rendement van een belegging houdt rekening met de weerkerende inkomsten die de belegging oplevert (interesten en dividenden) en wordt uitgedrukt als een percentage van het belegde kapitaal (voor obligaties) of van de koers (voor aandelen of BEVEKs).Het rendement wordt als volgt berekend: de weerkerende inkomsten worden gedeeld door het belegde beginkapitaal, met andere woorden de coupons van de obligaties en kasbons of de dividenden gedeeld door het kapitaal dat bij het begin werd belegd.
Regionale indexen
Regionale indexen zijn samengesteld uit waarden van eenzelfde geografische zone
Regionaal fonds
Regionale fondsen bestaan uit waarden van eenzelfde geografische zone
Reële rente
De reële rente geeft een correcter beeld van het rendement van de obligatie. Hij wordt immers berekend door de inflatie af te trekken van de nominale rente.
Reële rente = nominale rente - inflatie
Recessie
Een recessie is een periode waarin het reële bbp (bruto binnenlands product) gedurende twee of meer opeenvolgende kwartalen daalt.
Real time koersen
Koersen die als gevolg van een verrichting onmiddellijk op het scherm verschijnen.
Return
De return wordt gemeten in verhouding tot de totale inkomsten van de belegging, nl. de weerkerende inkomsten (coupons van obligaties en kasbons of de dividenden) en de min- of meerwaarden.
Rho
Meet de rentegevoeligheid van de koers van een optie. De Rho weerspiegelt de koersschommeling van een optie wanneer de rente met 1% evolueert. Opties met een hoge Rho reageren sterker op renteschommelingen.
Risicoklasse
Tot in juli 2001 waren de risicoklassen ingedeeld in een schaal van 0 tot 5. 0 is de waarde die wordt toegekend aan de minst risicovolle beleggingen en 5 aan de meest risicovolle beleggingen. Sedert 19 juli 2001 besliste de CBF (Commissie voor het Bank- en Financiewezen) om een bijkomende risicoklasse in te voeren. De risicoschaal gaat nu van 0 tot 6. U vindt deze risicofactoren in de prospecti van beveks, op onze site en in onze brochure `Beleggen is kiezen`. De risicoklasse is gebaseerd op de volatiliteitsmaatstaf, nl. de standaarddeviatie van de maandelijkse returns van de voorbije vijf jaar, uitgedrukt in EUR. Voor ICB (Instellingen voor Collectieve Beleggingen) met een looptijd korter dan vijf jaar, dient de benchmark (referentie-index) van het fonds als basiswaarde. De risicoklassen zijn als volgt verdeeld:
Risico
Er bestaan verschillende risicotypes: kapitaalrisico, debiteurenrisico, wisselrisico, renterisico, liquiditeitsrisico,...
Richtrente
De richtrente is de herfinancieringsrente die een centrale bank hanteert (FED in de Verenigde Staten en ECB in Europa).De richtrente heeft een rechtstreekse invloed op de marktrente op 3 maand en heeft eveneens een impact op de lange termijnrente. Het duurt een tijd vooraleer het monetaire beleid voelbaar wordt. De effecten van een rentedaling hebben geen rechtstreekse invloed op de vraag maar maken de leningen die de consumenten en ondernemingen hebben afgesloten, goedkoper. Zij kunnen hun oude schulden dan terugbetalen en hun balans verlichten.
Roerende voorheffing
Belasting op de inkomsten uit roerende goederen (interest, dividenden) die de bank voor het storten van de inkomsten moet inhouden. De roerende voorheffing is bevrijdend.
ROE - Return On Equity
De ROE (Return on Equity) is één van de ratio`s die wordt gebruikt om een analyse te maken van de rentabiliteit van een onderneming.Het gaat meer precies om de verhouding tussen de winst voor belastingen en financiële lasten en het permanente kapitaal.Winst voor belastingen en financiële lasten =
Winst van het boekjaar
- Winst van het boekjaar
+ belastingen
+ overboekingen naar de uitgestelde belastingen
+ financiële lastenPermanent kapitaal = kapitaal dat de onderneming op duurzame wijze heeft verworven
Eigen vermogen
+ schulden op meer dan één jaar
+ voorzieningen voor risico`s en lasten die gelijkgesteld kunnen worden met een schuld op lange termijn
+ uitgestelde belastingenKomt overeen met de Ebit (Earnings before interest & taxes) die de Noord-Amerikaanse financiële analisten gebruiken.
RSI
De RSI (Relative Strength Indicator) indicator is gebaseerd op de verhouding tussen de gemiddelde koersstijgingen en -dalingen tijdens een bepaalde periode (meestal tussen 10 en 14 dagen).RSI = 100 - (100 - (1 + (Gemiddelde stijgingen - Gemiddelde dalingen)))De RSI ligt altijd tussen 0 (als er tijdens een bepaalde periode alleen maar dalingen zijn) en 100 (als er tijdens die bepaalde periode alleen maar stijgingen zijn).De grafiek van de RSI bestaat uit drie delen: een centraal deel dat de neutrale zone vertegenwoordigt, een hoger deel dat de `overkochte` zone vertegenwoordigt en een lager deel dat de `oververkochte` zone vertegenwoordigt.Welles Wilder, de stichter van deze indicator, heeft deze drie zones na talrijke berekeningen vastgelegd en koos daarvoor twee limieten, nl. 30 en 70 en een periode van 14 dagen.Wanneer de koers zich in één van deze twee extreme zones bevindt (overkochte of oververkochte zone), mogen we ons aan een nakende reactie van de markt verwachten. Dit zou dus betekenen dat we moeten kopen telkens de koers in de onderste zone (oververkochte zone) ligt en verkopen telkens de koers in de hoogste zone (overkochte zone) ligt.Opgelet, de interpretatie van een grafiek is heel wat complexer. Daarbij moet rekening worden gehouden met talrijke factoren. Indien u dat niet doet, kunt u voorbarig of verkeerd reageren.
Samengestelde interest
Interest op interest.
Voorbeeld: een maandelijkse interest van 0,08% komt op jaarbasis neer op 12 maal 0,08% of 0,96%. Het interest-op-interest-effect brengt dit echter op een totaal van 1,0%.
Schuldeiser
Een schuldeiser is iemand die een vordering van één of meerdere personen heeft ontvangen.
Schatkistbon - schatkistpapier
Thesauriecertificaten zijn obligatieleningen op korte termijn (van één maand tot één jaar) die worden uitgegeven door de Staat en waarvan de inschrijving voorbehouden is aan een beperkt aantal instellingen zoals banken en spaarbanken.
Leningen van dit type die uitgegeven zijn in deviezen worden Schatkistbons genoemd.
SchatkistBEVEK
Een schatkistBEVEK belegt uitsluitend op korte termijn in een specifieke munt. Ze zijn dan ook ongevoelig voor renteschommelingen en kennen een stabiele koersevolutie die dag na dag stijgt volgens het ritme van de ontvangen interesten. Er zijn drie hoofdredenen om in schatkistBEVEKs te beleggen (bij een vlalle en vooral omgekeerde rentestructuur): tijdelijke belegging van liquide middelen die een redelijk rendement oplevert en snel beschikbaar is, veilige belegging (in euro), speculatie op de wisselkoers van een munt zonder mogelijke invloed van andere beleggingsrisico`s zoals bijvoorbeeld het renterisico.
Scharnier
Heeft betrekking op de emissies waarvoor de houder van een obligatie de vervroegde terugbetaling kan vragen of de vervaldatum (tegen een andere intrest) kan uitstellen tot een vooraf bepaalde datum: de scharnierdatum.
Self-Service Banking
U vindt het Self-Service Banking toestel in de Self-Service Banking ruimte van uw agentschap. U kunt er uw courante verrichtingen mee uitvoeren. Het is zeer nuttig wanneer u thuis geen computer of telefoon heeft. Nagenoeg alle agentschappen van Dexia Bank zijn met een Self-Service Banking uitgerust.
Sectorale indexen
Sectorale indexen zijn enkel belegd in één of meerdere sectoren. Een technologiefonds zal dus enkel in technologiewaarden beleggen.
Sectoraal fonds
Sectorale fondsen beleggen uitsluitend in waarden van één of meerdere sectoren.
Secondaire markt
De beurs heeft twee verschillende markten: de primaire en de secundaire markt. Op de primaire markt worden beursintroducties en kapitaalverhogingen gerealiseerd. De onderneming verkoopt haar aandelen rechtstreeks aan de aandeelhouders. Het is dus een markt waarop nieuwe effecten worden uitgegeven.
Slotdividend
Het slotdividend komt overeen met het verschil tussen het slotdividend en de tussentijdse dividenden. Het tussentijdse of interimdividend is het dividend dat de aandeelhouders soms in de loop van het boekjaar ontvangen. Wanneer het totale bedrag van het dividend aan het einde van het boekjaar wordt vastgelegd, wordt het slotdividend uitgekeerd.
SMI
Aan de hand van beursindexen worden de beurzen over de hele wereld geanalyseerd. In Zwitserland wordt de SMI gebruikt. Deze index is gebaseerd op de 27 belangrijkste en meest representatieve aandelen. De SMI index werd op 30 juni 1988 opgericht als referentie voor de Zwitserse beurs.
Small Caps
De term `Small Caps` wordt gebruikt voor aandelen van kleine ondernemingen met een relatief kleine beurskapitalisatie die niet meer dan 1 miljoen euro bedraagt.Een belegging in small caps houdt grotere risico`s in. Met dit soort aandelen kan men heel gemakkelijk geld verdienen, maar al even gemakkelijk een deel van zijn belegging verliezen.Waarom is het risico groter?Er kunnen liquiditeitsproblemen opduiken. Door deze geringe liquiditeit is het moeilijker om aandelen te kopen of te verkopen. De publicatie van slecht nieuws kan bijvoorbeeld ernstige moeilijkheden veroorzaken om waarden met een klein volume te verkopen.Bij een val van de aandelenmarkt gaan de koersen van Small Caps sneller bergaf.Het is vaak moeilijker om informatie over deze vennootschappen te krijgen. De meeste geven inderdaad niet veel informatie (gebrek aan middelen, tijd, ...).De beursgenoteerde ondernemingen van dit type hebben meestal een hoger dan gemiddeld risicoprofiel. Ze moeten evenwel zeer strenge informatienormen respecteren. Voor hun beursintroductie moeten ze een business plan met hun ontwikkelingsvooruitzichten voorstellen. Na hun toelating op de notering wordt er bijzondere aandacht besteed aan de regelmatige publicatie van pertinente informatie waarmee de beleggers hun performance kunnen meten.Een manier om het inherente risico van deze aandelen voor een deel te elimineren bestaat erin om te beleggen in een gemeenschappelijk beleggingsfonds zoals bijvoorbeeld Dexia Equities B Europe Small Caps.
Som der nettoactiva
De som der nettoactiva, niet-herwerkte activa of de boekhoudkundige waarde van een onderneming wordt bekomen door de som van de niet geherwaardeerde activa af te trekken van alle aangegane schulden.
Daar de som der nettoactiva gebaseerd is op de boekhoudkundige waarde van de onderneming, geeft deze niet echt een getrouw beeld van de waarde van de onderneming. De voorkeur gaat uit naar de geherwaardeerde som der netto-activa.
Split
Om psychologische redenen kopen de meeste aandeelhouders liever 10 aandelen van 100 EUR in plaats van een aandeel van 1.000 EUR.Wanneer ze een hoge aandelenkoers bereiken (liquiditeitsprobleem), voeren heel wat ondernemingen een aandelensplit door. .Als gevolg van de split van een aandeel in kleinere coupures (split van 10 voor 1 bijvoorbeeld) ontvangt de houder van een aandeel 10 aandelen voor eenzelfde totale waarde.Met een effectendossier maakt u het zichzelf gemakkelijker. De houder van een effectendossier moet meestal zelf niets doen (de split gebeurt automatisch). De overige beleggers moeten hun effecten daarentegen zelf naar een financiële instelling brengen om ze te laten omruilen.
Squeeze out
Bij een squeeze out transactie verwerft de meerderheid van de aandeelhouders (ze moeten 95% van de aandelen bezitten) de resterende aandelen. Soms worden de minderheidsaandeelhouders onteigend.
Stop loss order
Een stop loss order wordt een order tegen marktlimiet wanneer de beurskoers de limiet bereikt die de ordergever heeft opgegeven. Vanaf het moment dat de stop limiet wordt bereikt, heeft de ordergever de waarborg dat zijn order op de markt is. Bijv.: een stop loss verkooporder voor Dexia bij 15 EUR wordt een bestensorder vanaf het moment dat het aandeel onder 15 EUR zakt.
Stop limiet order
Een stop limiet order wordt een order met limiet wanneer de beurskoers een limiet bereikt die door de ordergever werd opgegeven. Vanaf het moment dat de stop limiet wordt bereikt, heeft de ordergever de waarborg dat zijn order op de markt is. Bijv.: een verkooporder van Dexia met een limiet van 13 EUR maar een stop koers van 15 EUR is een order met een limiet op 13 EUR vanaf het moment dat Dexia onder 15 EUR zakt.
Stockdividend
Een dividend dat onder de vorm van aandelen wordt betaald.
Stock-Picking
Bij een stock-picking strategie worden aandelen geselecteerd waarvan de koers (te) laag is in de ogen van de belegger.
Steunlijn, steun
In de technische analyse verbindt de steunlijn verschillende kenmerkende lage punten van de koerscurve met elkaar. Het overschrijden van een steunlijn is een negatief signaal voor de evolutie van het effect.
Wanneer een steunlijn wordt overschreden, wordt ze een weerstand. Deze steunlijn is heel belangrijk bij een stijgende evolutie.
Standaardafwijking
De standaardafwijking is de statistische maatstaf van de spreiding van een variabele rond zijn gemiddelde.De standaardafwijking geeft weer hoe de waarden van de variabelen gemiddeld gegroepeerd zijn rond het gemiddelde. Een geringe standaardafwijking betekent dat de waarden dicht bij het gemiddelde liggen, en omgekeerd.
Staatsbon
Staatsbons zijn effecten die worden uitgegeven door de Belgische staat en die specifiek bestemd zijn voor privé-beleggers. De emissie gebeurt op kwartaalbasis: in maart, juni, september en december.De Staat stelt verschillende formules voor en kan in het kader van elke emissie beslissen om deze formules naargelang de marktomstandigheden te behouden of te wijzigen.Meer informatie hierover vindt u in het gedeelte van de site van Dexia Bank dat over dit onderwerp handelt.
Staafdiagram of bar charts
Om een preciezere analyse te kunnen maken, wordt de voorkeur gegeven aan een voorstelling via staaf- en Japanse kandelaardiagrammen boven gewone grafieken.Een staafdiagram onderscheidt zich van een gewone diagram omdat hij naast de slotkoersen, die ook nodig zijn voor een gewone grafiek, de openingskoersen en de hoogste en laagste koersen per beursdag gebruikt.Elke staaf ziet er als volgt uit:Hierna vindt u de staafdiagram voor het aandeel van Dexia.Op de bovenstaande staafdiagram van Dexia kunnen we de intra-day volatiliteit van het aandeel (tijdens de dag) afleiden uit de hoogte van de staven.
Style index
De waarden worden op basis van een beleggingsstyle geselecteerd uit zogenaamde `value` of `growth` waarden. `Value` effecten vertegenwoordigen `kwaliteitswaarden` die zich door hun intrinsieke waarde onderscheiden. Ze worden gekenmerkt door een geringe Price to Book, met andere woorden de verhouding tussen de koers van de waarde en de boekhoudkundige waarde van de onderneming. De beroemde Warren Buffet is het symbool voor deze beheersstyle. Via zijn Berkshire Hathaway fonds is hij immers altijd op zoek naar ondergewaardeerde ondernemingen met een kwaliteitsmanagement. Deze kwaliteitsaandelen zijn hoofdzakelijk geconcentreerd in de sectoren financiën, utilities (openbare nutsdiensten) en energie.`Growth` waarden zijn ondernemingen die grotere winstgroeivooruitzichten bieden. De belegger die voor een `growth` beheersstijl kiest, is op zoek naar ondernemingen met een hoge winst- en verkoopgroei. We vinden deze effecten vooral in de sectoren technologie en gezondheidszorg.
Swaps
Een swapcontract of ruilcontract is een overeenkomst tussen twee of meerdere partijen om een reeks financiële stromen gedurende een bepaalde periode te ruilen. De ruil van de financiële stromen (cashflows) die de swaps vormen, kan betrekking hebben op zowel activa- als passivaposten. Met andere woorden: men kan zowel vorderingen als schulden ruilen.We kunnen twee swaptypes onderscheiden:
Interest Rate Swaps: renteruil
Currency Rate Swaps: deviezenruil
Syndicaat
Tijdelijke vereniging van bankiers met het oog op de gemeenschappelijke plaatsing van nieuwe aandelen of obligaties.
Target
Het Engelse woord `Target` betekent: koersobjectief van een aandeel.
Tak 21
Tak 21 is de soortnaam voor het gamma klassieke levensverzekeringsproducten met kapitaalwaarborg. Deze producten bieden een gewaarborgd rendement. U heeft dus de zekerheid dat u de gestorte premies terugkrijgt.Meer informatie vindt u in het deel van de site waarin dit onderwerp aan bod komt.
Tak 23
De term `Tak 23` staat voor verzekerings-beleggingsproducten waarvan de premies belegd zijn in beleggingsfondsen en waarvan bijgevolg noch het kapitaal, noch de rendementen gewaarborgd zijn.Voor meer informatie verwijzen wij u naar het deel van de site waarin deze informatie aan bod komt. Dexia Bank creëerde verschillende formules zodat u de formule kunt kiezen die het best bij uw behoeften aansluit.
Technische fiche
De technische fiche bevat financiële informatie zoals het beleggingsbeleid, ... over een ICB.
Technische analyse
De technische of grafische analyse is gebaseerd op de grafiek die de schommelingen weergeeft van een effect, een devies, rentevoeten en grondstoffen tijdens een bepaalde periode, teneinde daaruit de toekomstige koersevolutie af te leiden.Er worden verschillende hulpmiddelen gebruikt om de koersen te voorspellen en koop- en verkoopsignalen op te sporen. Dit zijn meer bepaald verschillende soorten grafieken (enkelvoudige grafiek, staafdiagram, Japanse kandelaar), de trendlijnen (schuin en horizontaal, weerstands- en ondersteunende lijnen), grafische configuraties, mobiele gemiddelden en de (RSI, Stochastische,...) enindicatoren.Bij een technische analyse is het van essentieel belang dat de belegger deze hulpmiddelen in hun geheel en niet individueel beschouwt. Indien hij op een gegeven moment vaststelt dat verschillende hulpmiddelen hem dezelfde informatie geven, is de kans dat de koers in een bepaalde richting evolueert ook groter. Hoe meer elementen in dezelfde richting wijzen, hoe belangrijker de koop- of verkoopsignalen.Wij wensen elke belegger ervoor te waarschuwen dat hij eveneens rekening moet houden met de elementen van de fundamentele analyse, daar de aandelenkoers kan worden beschouwd als de combinatie van twee samenstellende delen: één rationeel en stabiel (fundamentele analyse) en de andere irrationeel en volatiel (technische analyse). Tot slot moet u onthouden dat wie tegen de marktrichting in handelt, verliest. Het is van essentieel belang om altijd de richting van de markt of minstens de richting van de beurs te volgen.
Theta
De theta vertegenwoordigt de gevoeligheid van de optiepremie voor de looptijd van de optie. De Theta weerspiegelt het waardeverlies met het verstrijken van de tijd. Hoe langer u de optie houdt, hoe meer haar waarde zakt. De Theta is het hoogst bij at-the-money opties en stijgt naarmate de vervaldatum nadert.
Ticker
Reeks letters en-of cijfers waarmee een effect kan worden geïdentificeerd.
DEXB BB is bijvoorbeeld de ticker van het aandeel van Dexia dat op de Belgische beurs genoteerd is.
Toekenningsrecht
Het toekenningsrecht is een financieel instrument dat bij de verhoging van het kapitaal van een onderneming wordt gecreëerd. Het recht wordt verleend aan de oude aandeelhouders en biedt hen de mogelijkheid om gratis nieuwe aandelen te bekomen. Indien de aandeelhouder geen bijkomende aandelen wenst te ontvangen, kan hij dit recht verhandelen.
Triple Witching Days
Kwartaalvereffening van grote optie- en futurescontracten op beursindexen die resulteert in een zeer grote activiteit en grote koersschommelingen.
Trendlijn
De trendlijn is een rechte lijn die de belangrijke punten van een grafiek met elkaar verbindt. Een stijgende (of dalende) trendlijn verbindt de belangrijke dieptepunten (of pieken) en is des te belangrijker omdat ze vele punten met elkaar verbindt. De trendlijn weerspiegelt een trend van de koersgrafiek.
Trekker
Persoon die een cheque of een wisselbrief uitschrijft.
Transacties per scherm
Elektronische beurstransacties.
Transactiekosten
De transactiekosten moeten voor de aan- of verkoop van effecten worden betaald.
Trading range
Schommelingsmarge van een koers tussen twee niveaus.
Trader
Belegger die winst wenst te boeken met snelle koop- en verkoopverrichtingen.
Tracking error
De tracking error is een maatstaf voor het risico dat een fondsenbeheerder op basis van de beleggingsstrategie mag nemen. De tracking error weerspiegelt het maximale (theoretische) verschil tussen het rendement van de belegging en de benchmark.
Tussentijds of interimdividend
Het tussentijds of interimdividend is het dividend dat de aandeelhouders soms in de loop van het boekjaar ontvangen. Wanneer het totale bedrag van het dividend aan het einde van het boekjaar wordt vastgelegd, wordt het slotdividend uitgekeerd.
Uitkeringsfonds
Uitkeringsfondsen keren de inkomsten uit de activa elk jaar aan de deelnemers uit onder de vorm van een coupon (contractuele fondsen) of onder de vorm van een dividend (statutaire fondsen).Het uitgekeerde bedrag is afhankelijk van de inkomsten (interesten, dividenden) die tijdens het jaar op de portefeuille worden gerealiseerd, min de verschuldigde kosten en van de min- of meerwaarden die al of niet op het kapitaal werden gerealiseerd. Men moet ook rekening houden met het fiscale aspect dat aan de jaarlijkse uitkering (roerende voorheffing) gekoppeld is.
Uitkering
Voor uitkeringsaandelen worden meestal éénmaal per jaar dividenden en intresten onder de vorm van een dividend uitgekeerd aan de aandeelhouder. Een fonds met uitkeringsaandelen keert elk jaar een deel van zijn winsten uit aan zijn aandeelhouders, terwijl een kapitalisatiefonds ze herbelegt.
Underperformer
Een aandeel dat onder het beursgemiddelde (index) presteert.
Vastgoedfonds
Zoals de naam zegt, is een vastgoedfonds belegd in de vastgoedsector. De beleggingen kunnen in één of meerdere landen en of in bepaalde vastgoedcategorieën gebeuren: vakantiecentra, kantoren, commercieel vastgoed,...
Vastgoedcertificaat
Effect dat een vastgoed vertegenwoordigt en waarmee de belegger kan ontsnappen aan de nadelen van een rechtstreekse aankoop van vastgoed (gemakkelijke aan- en verkoop, geen notariskosten, beperkte financiële inbreng,...). De coupon van deze investering bevat meestal een deel huurinkomsten en een deel terugbetaling van het kapitaal.
VastgoedBEVAK
Een vastgoedBEVAK is een beleggingsfonds met vast kapitaal dat gespecialiseerd is in vastgoedbeleggingen. Een vastgoedbevak en vastgoedcertificaten hebben een paar gemeenschappelijke punten: Elk jaar wordt een coupon uitgekeerd op basis van de huurinkomsten van het of de gebouw(en). Na een vastgelegde inschrijvingsperiode wordt het effect op de beurs genoteerd. Het grote verschil schuilt evenwel in het feit dat vastgoedbevaks geen vervaldatum hebben zodat ze de beleggingen in gebouwen actief kunnen beheren. Ze kunnen mettertijd bijvoorbeeld bijkomende gebouwen kopen.
Vaste activa
Onder vaste activa verstaan we alle productiemiddelen die de onderneming op duurzame wijze heeft verworven. Wanneer ze deze middelen zou verkopen, kan ze haar maatschappelijke doel niet langer realiseren. Hieronder vinden we meer bepaald: oprichtingskosten, immateriële, materiële en financiële activa en behoudens een tegenovergestelde vermelding de vorderingen op meer dan één jaar die geen handelsvorderingen zijn.
Valutamarktspecialist
Specialist van internationale wisselverrichtingen, beleggingen in deviezen en arbitrage op de buitenlandse markten,...
Value waarden
`Value` waarden vertegenwoordigen `kwaliteitswaarden` die zich door hun intrinsieke waarde onderscheiden. Ze worden gekenmerkt door een geringe Price to Book, met andere woorden de verhouding tussen de koers van de waarde en de boekhoudkundige waarde van de onderneming. De beroemde Warren Buffet is het symbool voor deze beheersstyle. Via zijn Berkshire Hathaway fonds is hij immers altijd op zoek naar ondergewaardeerde ondernemingen met een kwaliteitsmanagement. Deze kwaliteitsaandelen zijn hoofdzakelijk geconcentreerd in de sectoren financiën, utilities (openbare nutsdiensten) en energie.
Value effecten
`Value` effecten vertegenwoordigen `kwaliteitswaarden` die zich door hun intrinsieke waarde onderscheiden. Ze worden gekenmerkt door een geringe Price to Book, met andere woorden de verhouding tussen de koers van de waarde en de boekhoudkundige waarde van de onderneming. De beroemde Warren Buffet is het symbool voor deze beheersstyle. Via zijn Berkshire Hathaway fonds is hij immers altijd op zoek naar ondergewaardeerde ondernemingen met een kwaliteitsmanagement. Deze kwaliteitsaandelen zijn hoofdzakelijk geconcentreerd in de sectoren financiën, utilities (openbare nutsdiensten) en energie.
Verzekeringsbon
Een verzekeringsbon is een belegging onder de vorm van een vastrentende levensverzekering. Een verzekeringsbon is op naam en kan een looptijd hebben van 3, 5 of 8 jaar en een dag.
Verzekeringnemer
De verzekeringnemer is de persoon die de verzekering aangaat en die de premies betaalt. Hij is de eigenaar van het contract.
Verzekerde
Persoon die door het verzekeringsrisico wordt gedekt: bijvoorbeeld de persoon waarvan het leven verzekerd wordt in het kader van een levensverzekeringscontract.
Vervroegde afsluiting
Bij de lancering kan een beleggingsproduct tijdens een beperkte inschrijvingsperiode worden aangeboden. Het product kan zo een succes zijn dat de inschrijving vóór de aanvankelijk voorziene datum wordt afgesloten: we noemen dit een vervroegde afsluiting.
Vervallen interesten
Het bedrag dat de koper van een lopende obligatie moet betalen boven de marktprijs als terugbetaling van het coupongedeelte dat de verkoper laat vallen.
Vervaldatum
Meestal de datum waarop een schuld moet worden betaald, een vordering kan worden opgeëist, een recht ophoudt te bestaan. De aan een kapitaalwaarborg gekoppelde fondsen hebben bijvoorbeeld een uiterste vooraf bepaalde vervaldatum. Na het bereiken van deze datum houdt het fonds op te bestaan en worden de aandeelhouders betaald.
Vega
De Vega weerspiegelt de gevoeligheid van de optiepremie voor de volatiliteit.
Vlottende activa, bedrijfskapitaal
Onder vlottende activa verstaan we alle activa die bestemd zijn om tijdens het cyclische exploitatieproces te worden verbruikt (Aankoop - productie - verkoop - inning).
Vordering
Het woord vordering wordt doorgaans gebruikt als aanduiding voor het recht om de teruggave van een bedrag te eisen.
Voorheffing
In fiscaliteit een inhouding op de inkomsten uit roerende waarden, onroerend goed en beroepsactiviteiten. Bij de inning van de globale inkomstenbelastingen wordt met deze voorheffing rekening gehouden.
Vreemd vermogen
Alle schulden van een onderneming.>-p>
Waardedatum
Datum die wordt toegekend aan elke verrichting die wordt uitgevoerd op een rekening in de bank en die bepaalt met welke datum rekening wordt gehouden voor de intrestberekening. Voor debetverrichtingen (opvragingen) is dit de dag waarop het opgevraagde bedrag ophoudt intresten te dragen. Voor creditverrichtingen (stortingen) is het de dag waarop het gestorte bedrag intrest begint te dragen.
Waardecode
De waardecode is een Belgische code die de Beurs gebruikt om de waarden te identificeren (aandelen, obligaties,...).
Weerstandslijn
In de technische analyse verbindt de weerstandslijn verschillende kenmerkende hoge punten met elkaar zonder dat het aandeel deze lijn overschrijdt. De onderbreking van deze lijn is een koopsignaal. Wanneer de weerstand wordt bereikt, wordt ze een steunlijn. De weerstandslijn is belangrijk in een neerwaartse evolutie.
Wisselrisico
Indien u in een andere devies dan de euro belegt, is de kans groot dat de koers van die devies op het moment van de aankoop en de verkoop van de obligatie niet dezelfde is. Dit heeft uiteraard een impact op uw beleggingen. Zoals blijkt uit het volgende voorbeeld kan deze invloed zowel negatief als positief zijn.Stel dat u in juli 1990 voor 10.000 dollar heeft ingeschreven op een euro-obligatie met vervaldatum juli 1995. In juli 1990 noteerde de dollar 34 frank. U moest dus 8.428,38 EUR betalen. Begin juli was de dollar daarentegen nog maar 28 frank waard. Op de vervaldatum van uw aandeel kreeg u dus 6.941,02 EUR van uw beginkapitaal terug. Dit komt neer op een verlies van 1.487,36 EUR (17,64 %).
Wanneer we dit verlies vervolgens spreiden over de looptijd van de belegging, bijvoorbeeld 6 jaar, kunnen we de impact van dit verlies op de nominale rente van de lening berekenen.
Met andere woorden: de evolutie van de wisselkoers heeft een reële invloed op het eindrendement van een belegging.Sommige deviezen schommelen veel meer dan andere, waardoor een belegging in deze munten dus een groter wisselkoersrisico inhoudt. Een belegging in Russische roebels of in Zuid-Afrikaanse rand vertegenwoordigt bijvoorbeeld een veel groter wisselkoersrisico dan een belegging in Deense kroon. Om u hierbij te helpen rangschikte Dexia Bank de belangrijkste deviezen op basis van hun wisselrisico in verschillende categorieën.
Wisselbrief
Titel die volgens de wettelijke normen wordt opgesteld en waarmee iemand (de trekker = de emittent) de houder (de begunstigde) waarborgt dat een in de titel aangestelde persoon (de betrokkene) hem op een bepaalde datum en op de aangeduide plaats een bepaald bedrag zal betalen.
Wim Duisenberg
Wim Duisenberg is de huidige voorzitter van de Europese Centrale Bank.
Wrijvingswerkloosheid
De `wrijvingswerkloosheid` vertegenwoordigt de werkloosheid die voortvloeit uit de constante wijzigingen in de economie en waardoor geschoolde werknemers niet onmiddellijk een baan vinden die aan hun opleidingsniveau beantwoordt. Het duurt een tijd (en dat kost geld) vooraleer zowel werknemers als werkgevers de beste baan of sollicitant vinden.
Yield ratio
De verhouding tussen het rendement van het dividend (dividend gedeeld door de beurskoers) van de aandelen en het rendement op de kapitaalmarkt (risicovrije rente).