Soortenbank

Categorie: Planten en dieren > dieren, planten en paddenstoelen
Datum & Land: 01/10/2008, NL
Woorden: 7401

Westelijk dambordje
(Melanargia occitanica) (Esper, 1793) Westelijk dambordje -Beschrijving: - Het westelijk dambordje is vooral aan te treffen op droge, rotsachtige plekken met grazige vegetatie en met hier en daar struiken, maar ook op vochtigere plaatsen wordt de soort gezien. Als waardplant worden verschillende grassoorten gebruikt zoals Brachypodium pinnatum (gevinde kortsteel), Cynodon...

Westelijk marmerwitje
(Euchloe crameri) Butler, 1869 Westelijk marmerwitje -Beschrijving: - Het westelijk marmerwitje is op plekken te vinden met bloeiende Brassicaceae (kruisbloemigen) zoals in droge, bloemrijke graslanden, in wegbermen, op ruderale terreinen, bij verlaten landbouwgronden en bij struwelen en bosranden. Het vrouwtje zet de eitjes één voor één ...

Westelijk spikkeldikkopje
(Pyrgus carlinae) (Rambur, 1839) Westelijk spikkeldikkopje -Beschrijving: - Het westelijk spikkeldikkopje heeft een voorkeur voor droge, op het zuiden geëxponeerde hellingen met een vrij korte, grazige vegetatie. De vlinders zijn echter ook in vochtige graslanden en bij zeer open lariksbossen te vinden. Ze kunnen lokaal talrijk voorkomen. Het vrouwtje legt de e...

Westelijke hemlockspar
(Tsuga heterophylla) -Westelijke hemlockspar - BB. 2280 Volledige wetenschappelijke naam: Tsuga heterophylla (Rafin.) Sarg. Diagnostische kenmerken t.o.v. Tsuga canadensis: Knoppen bolrond. Bladen 0,5-1,5 cm lang, met evenwijdige zijden, meestal niet gedraaid, de 2 brede witt

Westelijke parelmoervlinder
(Melitaea parthenoides) Keferstein, 1851 Westelijke parelmoervlinder -Beschrijving: - De westelijke parelmoervlinder komt voor veel verschillende soorten open grazige plaatsen met veel bloemen langs bossen. Zowel droge als matig vochtige plekken zijn geschikt. De voornaamste waardplanten zijn Plantago (weegbree) soorten, met name Plantago lanceolata (smalle weegbree). De ...

Westerse karmozijnbes
(Phytolacca americana) -Westerse karmozijnbes- RH. 2104 Volledige wetenschappelijke naam: Phytolacca americana L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Phytolacca esculenta: Vruchtbeginsels 10, vergroeid. Meeldraden 10. Bladen smaller, elliptisch tot eirond-lancetvormig, spits of toeg

wetland
Alle niet-mariene habitats met permanent of tijdelijk, stilstaand of stromend water. Alternatieven: wetlands

Weverbok
(Lamia textor) weverbok Lengte 15-30 mm, mei-juni. -Kenmerken- Doet uiterlijk sterk aan de aardbok denken, maar is iets groter. Zwart, dekschilden met grijsgeel behaarde vlekjes. Halsschild met tamelijk spitse doorns. -Voorkomen- In vochtige (wilgen)bossen langs rivieren, grienden. Niet algemeen meer in Nederland. -Levenswijze- De plompe weverbok vliegt zelden, h...

Weymouthden
(Pinus strobus) -Weymouthden - BB. 2249 Volledige wetenschappelijke naam: Pinus strobus L. Diagnostische kenmerken: Bladen in bundels van (4 of) 5 (of 6); vaatbundel 1. Kegelschub aan de top met een uitsteeksel, niet verdikt. Bladen 7-15 cm lang, dun, zacht, glanzend bla

Wielewaal
(Oriolus oriolus) -Wetenschappelijke naam: - Oriolus oriolus (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Wielewaal -Vogelgroep:- Wielewaal -Veldkenmerken.- 25 cm. Mannetje onmiskenbaar: helder geel verenkleed en zwarte teugel, vleugels en staart; punten van buitenste staartpenne

Wieltje
(Marasmius rotula) -Nederlandse naam:- Wieltje -Beschrijving- Hoed gewelfd, met een verlaagd centrum, Ø 0,5-1,5 cm, radiair gevoord, wittig, soms met een bruin centrum, met een geschulpte rand. Lamellen wijd uiteen, wittig-crème, eindigend in een van de steel vrijstaande kr

Wijdbloeiende rus
(Juncus tenageia) -Wijdbloeiende rus - RH. 0689 -Rode Lijst 2- Volledige wetenschappelijke naam: Juncus tenageia L.f. Diagnostische kenmerken: Scheden der onderste bladen in 2 afgeronde oortjes eindigend. Bloemdekbladen bruin, met groene middenstreep en bruinvliezige rand,

Wijdporiekurkzwam
(Datronia mollis) -Nederlandse naam:- Wijdporiekurkzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam éénjarig, korstvormig, enkele cm tot dm lange stroken vormend, met afstaande hoedjes in rijen. Hoed tot 2 cm afstaand. Bovenzijde golvend gezoneerd, fijnviltig tot kaal, bruin tot zwart, m

Wijdvertakte klaver
(Trifolium diffusum) -Wijdvertakte klaver- BB. 1745 Volledige wetenschappelijke naam: Trifolium diffusum Ehrh. Diagnostische kenmerken: Kroonbladen niet buiten de kelktanden uitstekend. Hoofdjes met een 1-4 cm lange steel. Kelktanden dubbel zo lang als de kelkbuis, met zeer l

Wijfjesvaren
(Athyrium filix-femina) -Wijfjesvaren - RH. 0119 Volledige wetenschappelijke naam: Athyrium filix-femina (L.) Roth Diagnostische kenmerken: Bladsteel tot 0,25 van de lengte der bladschijf, aan de voet purperbruin, naar boven toe, evenals de bladspil groen, soms roodachtig. Blads

Wijfjesvarenfamilie
(Familie Woodsiaceae) -Wijfjesvarenfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Woodsiaceae Aardvarens (soms rotsvarens) met rechtopstaande, opstijgende, of kruipende, beschubde wortelstok. Bladen verspreid of in bundels, ongeleed met de wortelstok; steel aan de voet met 2 afzon

Wijnkrekel
(Oecanthus pellucens) boomkrekel Lengte 9-15 mm, augustus-oktober -Kenmerken- Zeer slanke, licht bruingeel gekleurde soort met lange voelsprieten. -Voorkomen- Op warme plaatsen in het struikgewas op hoge planten. In het Middellandse Zeegebied algemeen oprukkend naar het noorden in België bekend van enige populaties in Nederland incidenteel waargenomen. -Levenswijze...

Wijnrood korstwier
(Hildenbrandia rubra) Hildenbrandia rubra (Sommerfeld) Meneghini -Nederlandse naam:- Wijnrood korstwier -Beschrijving:- Deze soort vormt donkerrode, bloedrode of bruinrode plekken van enkele centimeters doorsnede op stenen en andere harde ondergrond. De laag is heel dun en het is moeilijk van de ondergrond af te pulken. Karakteristiek wier, maar de bruinrode variant kan...

Wijnstok
(Vitis vinifera) -Wijnstok- BB. 5192 Volledige wetenschappelijke naam: Vitis vinifera L. Diagnostische kenmerken: Bladen in omtrek cirkelrond, met hartvormige voet, 3-5-lobbig, grof getand, kaal of zelden behaard. Bloemen in pluimen, meestal tweeslachtig. Bloemkroon geela

Wijnstokfamilie
(Familie Vitaceae) -Wijnstokfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Vitaceae Houtige klimplanten met tegenover de bladen staande hechtranken. Bladen verspreid, vaak handvormig ingesneden of -samengesteld, met steunblaadjes. Bloemen regelmatig, twee- of eenslachtig, met d

Wikke
(Genus Vicia) -Wikke- Volledige wetenschappelijke naam: Vicia L.

Wikkeblauwtje
(Polyommatus amandus) (Schneider, 1792) Wikkeblauwtje -Beschrijving: - Het wikkeblauwtje draagt zijn duitse naam "Prächtiger Bläuling" terecht: door zijn prachtig lichtblauwe vleugels en zijn territoriaal gedrag valt met name het mannetje erg op. Het vrouwtje is bescheiden bruin met een groenblauwe glans. Het wikkeblauwtje komt voor op bloemrijke gra...

Wild kattenkruid
(Nepeta cataria) -Wild kattenkruid- RH. 0862 -Rode Lijst 2- Volledige wetenschappelijke naam: Nepeta cataria L. Diagnostische kenmerken: Bloemen witachtig van binnen rood gestippeld. Stengel tot aan de voet viltig behaard, rechtopstaand. Bladen eirond met min of meer hart

Wilde akelei
(Aquilegia vulgaris) -Wilde akelei- RH. 0080 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Aquilegia vulgaris L. Diagnostische kenmerken: Bloemen in eindelingse, armbloemige trossen, knikkend, diep paarsblauw of bij verwilderde planten ook roodpaars, roze of wit. Onderste

Wilde averuit
(Artemisia campestris subsp. campestris) -Wilde averuit- RH. 0098 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Artemisia campestris subsp. campestris Zie soort: Artemisia campestris Diagnostische kenmerken: Bladslippen niet vlezig, van onderen gekield, vaak spoedig kaal wordend en dan donker

Wilde bertram
(Achillea ptarmica) -Wilde bertram- RH. 0005 Volledige wetenschappelijke naam: Achillea ptarmica L. Diagnostische kenmerken: Bladen ongedeeld, scherp en vaak dubbel gezaagd. Van boven kaal. Bloeiwijze meestal met weinig (tot 10) hoofdjes, omwindsel ca. 1 cm breed; lintbloeme

Wilde cichorei
(Cichorium intybus) -Wilde cichorei - RH. 0325 Volledige wetenschappelijke naam: Cichorium intybus L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Cichorium endivia: Bloemstelen der eindelingse hoofdjes aan de top weinig verdikt. Nootje 8-10 maal zo lang als de pappusschubben. Bladen van

Wilde dwergmispel
(Cotoneaster integerrimus) -Wilde dwergmispel - BB. 5172 Volledige wetenschappelijke naam: Cotoneaster integerrimus Medik. Diagnostische kenmerken t.o.v. Cotoneaster horizontalis: Twijgen en bladen verspreid staand, niet afwisselend in 2 rijen. Bladen 2-5 x 0,5-3 cm, niet winterhar

Wilde Eend
(Anas platyrhynchos) -Wetenschappelijke naam: - Anas platyrhynchos Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Wilde Eend -Vogelgroep:- Grondeleenden -Veldkenmerken.- 50-65 cm. Mannetje met glanzend donkergroene kop, smalle witte halsband, paarsbruine borst, grijs gespikkeld lichaam,

Wilde gagel
(Myrica gale) -Wilde gagel- RH. 0849 Volledige wetenschappelijke naam: Myrica gale L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Myrica caroliniensis: Schubben der stamperbloemen blijvend, met de vruchten vergroeid. Vruchten afgeplat, 3-toppig, zonder witte waslaag. Bladen omgekee

Wilde haver
(Avena sterilis) -Wilde haver- BB. 5028 Volledige wetenschappelijke naam: Avena sterilis L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Avena fatua: Tweede bloem bij rijpheid niet afvallend maar met de aartjesas verbonden blijvend, het litteken na het afbreken onregelmatig en zonder g

Wilde herfsttijloos
(Colchicum autumnale) -Wilde herfsttijloos - RH. 0345 -Rode Lijst 2. Beschermd!- Volledige wetenschappelijke naam: Colchicum autumnale L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Colchicum byzantinum: Bloemen alleenstaand of 2-3 bijeen. Bladen (na de bloeitijd in het volgende voorjaar t

Wilde hokjespeul
(Astragalus glycyphyllos) -Wilde hokjespeul- RH. 0118 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Astragalus glycyphyllos L. Diagnostische kenmerken: Stengel liggend, bijna kaal. Blaadjes 9-13, elliptisch of eirond. Steunblaadjes vrij; slechts de onderste met de bladsteel ver

Wilde hyacint
(Scilla non-scripta) -Wilde hyacint - RH. 1151 Volledige wetenschappelijke naam: Scilla non-scripta (L.) Hoffmanns. & Link Diagnostische kenmerken: Bloemstelen aan de voet met een schutblad en een steelblad, het schutblad ongeveer even lang als de bloemsteel. Schubben van de

Wilde kamperfoelie
(Lonicera periclymenum) -Wilde kamperfoelie - RH. 0759 Volledige wetenschappelijke naam: Lonicera periclymenum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Lonicera caprifolium: Bladen eirond tot elliptisch, die van de bloeiende takken niet vergroeid. Bloemen in hoofdjes. Bloemkroon geelac

Wilde kardinaalsmuts
(Euonymus europaeus) -Wilde kardinaalsmuts - RH. 0489 Volledige wetenschappelijke naam: Euonymus europaeus L. Diagnostische kenmerken: Bloemen meestal 4-tallig, geelachtig groen, 8-10 mm in doorsnede. Bladen langwerpig tot lancetvormig, 3-10 cm lang, in de herfst afvallend, g

Wilde kievitsbloem
(Fritillaria meleagris) -Wilde kievitsbloem- RH. 0532 -Rode Lijst 2. Beschermd!- Volledige wetenschappelijke naam: Fritillaria meleagris L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Fritillaria imperialis: Stengel met weinig bladen, 1(-3)-bloemig. Bladen lijnvormig, gootvormig. Bloemen kni

Wilde liguster
(Ligustrum vulgare) -Wilde liguster- RH. 0736 Volledige wetenschappelijke naam: Ligustrum vulgare L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Ligustrum ovalifolium: Kroonbuis korter dan de zoom. Jonge takken kort zachtharig. Bladen elliptisch tot lancetvormig, gaafrandig, iets leerach

Wilde lijsterbes
(Sorbus aucuparia) -Wilde lijsterbes- RH. 1227 Volledige wetenschappelijke naam: Sorbus aucuparia L. Diagnostische kenmerken: Bladen geveerd, met 9-17 blaadjes, deze ongeveer even groot, of het topblaadje kleiner, 2-6 cm lang, gezaagd. Tuilen veelbloemig; bloemen 8-10 mm in

Wilde marjolein
(Origanum vulgare) -Wilde marjolein- RH. 0894 -Rode Lijst 3. Beschermd!- Volledige wetenschappelijke naam: Origanum vulgare L. Diagnostische kenmerken: Kelk 5-tandig. Schutbladen eirond tot elliptisch, spits, donkerpaars of bij witbloeiende planten groen. Stengels rechtopst

Wilde narcis
(Narcissus pseudonarcissus subsp. pseudonarcissus) -Wilde narcis- RH. 0856 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Narcissus pseudonarcissus subsp. pseudonarcissus Zie soort: Narcissus pseudonarcissus Diagnostische kenmerken: Bloemen knikkend tot recht afstaand, met lichtgele bloemdekslippen en h

Wilde peterselie
(Petroselinum segetum) -Wilde peterselie- RH. 0927 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Petroselinum segetum (L.) Koch Diagnostische kenmerken t.o.v. Petroselinum crispum: Onderste bladen enkel geveerd, het geveerde deel in omtrek lijnlancetvormig, de blaadjes fijn

Wilde reseda
(Reseda lutea) -Wilde reseda- RH. 1062 Volledige wetenschappelijke naam: Reseda lutea L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Reseda luteola: Stengelbladen diep ingesneden. Stengel meestal aan de voet opstijgend en vertakt. Kelken kroonbladen meestal 6 (of 7). Vruchtbladen me

Wilde ridderspoor
(Consolida regalis) -Wilde ridderspoor - RH. 0396 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Consolida regalis S.F.Gray Diagnostische kenmerken t.o.v. Consolida ajacis en Consolida hispanica: Vruchtbeginsel en kokervrucht kaal. Alle schutbladen ongedeeld, lijnvormig. B

Wilde sorgo
(Sorghum halepense) -Wilde sorgo - RH. 1742 Volledige wetenschappelijke naam: Sorghum halepense (L.) Pers. Diagnostische kenmerken t.o.v. Sorghum bicolor: Tweeslachtige (zittende) aartje tot 2 mm breed. Mannelijke of steriele aartjes tot 6 mm lang en op ongeveer even lange s

Wilde tijm
(Thymus serpyllum) -Wilde tijm- RH. 1284 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Thymus serpyllum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Thymus praecox: Planten dichte zoden vormend. Bladen elliptisch tot lijnvormig, van onderen met duidelijke verdikte nerven, van boven

Wilde weit
(Melampyrum arvense) -Wilde weit- RH. 0803 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Melampyrum arvense L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Melampyrum pratense: Bloemen in alzijdige, dichte trossen. Schutbladen met borstelvormige zijslippen, licht roodpaars, zelden wit,

Wilde wingerd
(Genus Parthenocissus) -Wilde wingerd- Volledige wetenschappelijke naam: Parthenocissus Planch.

Wilde Zwaan
(Cygnus cygnus) -Wetenschappelijke naam: - Cygnus cygnus (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Wilde Zwaan -Vogelgroep:- Zwanen -Veldkenmerken.- 145-160 cm. Verschilt van Knobbelzwaan door gele basis aan zwarte snavel en aan rechte nek. Verschilt van Kleine Zwaan door gr

Wildemanskruid
(Pulsatilla vulgaris) -Wildemanskruid - RH. 0057 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Pulsatilla vulgaris Mill. Diagnostische kenmerken: Vruchtjes met een tot 5 cm lange, behaarde snavel. Stengelbladen met hun scheden onderling vergroeid, handvormig veerdelig, ster

Wilg
(Genus Salix) -Wilg- Volledige wetenschappelijke naam: Salix L. Opm. Aantekeningen over de katjes: Bij de meeste soorten verschijnen de katjes voor de bladen; bij Salix alba, Salix fragilis en meestal ook bij Salix triandra verschijnen de katjes gelijk met de jonge bla

Wilgalant
(Inula salicina) -Wilgalant- RH. 0664 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Inula salicina L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Inula britannica: Stengelbladen stijf, glanzig, kaal of van onderen en langs de rand kort behaard, van boven met uitspringende netvormig

Wilgehoutvlieskelkje
(Hymenoscyphus salicinus) -Nederlandse naam:- Wilgehoutvlieskelkje -Beschrijving- < 1cm: loep. Vruchtlichaam vlak beker- tot schotelvormig. Ø 4-7 mm. Binnenzijde oker- tot dooiergeel. Buitenzijde glad, wittig-gelig. Steel wittig, aan de basis behaard. -Voorkomen- Op takken, twijge

Wilgenbladwesp
(Pteronus salicis) wilgenbladwesp Lengte 8-10 mm, mei-augustus. -Kenmerken- Lijkt op de knollenbladwesp, maar is wat groter (niet afgebeeld). -Voorkomen- Algemeen in parken en tuinen en op andere plaatsen met wilgen. -Levenswijze- De van voren en van achteren roodgeel en in het midden blauwgroen gekleurde larven zijn vrijwel niet met andere soorten bladwesplarven te ...

Wilgenfamilie
(Familie Salicaceae) -Wilgenfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Salicaceae Bomen of heesters, tweehuizig. Bladen meestal verspreid, enkelvoudig, met steunblaadjes. Bloemen in katjes; iedere bloem in de oksel van een schutblad (schub, katjesschub). Bloemdek napvormig of

Wilgengors
(Emberiza aureola) -Wetenschappelijke naam: - Emberiza aureola Pallas, 1773 -Nederlandse naam: - Wilgengors -Vogelgroep:- Gorzen -Veldkenmerken.- 14 cm. Vrij kleine gors. Beide geslachten met kastanjebruine gestreepte flanken en donkere staart met weinig wit op buitenste st

Wilgengouduil
(Xanthia togata) wilgengouduil Spanwijdte vleugels 27-30 mm, augustus-oktober -Kenmerken- Kleine uil met helder gele voorvleugels en bruinpaarse vlektekening. -Voorkomen- Niet zeldzaam in vochtige graslanden met verspreid staande bosjes. -Levenswijze- De vlinder legt haar eitjes in de knopschubben van wilgentwijgjes (354 7 g). De in de winter uitgekomen rupsjes voe...

Wilgenhoutvlinder
(Cossus cossus) wilgenhoutvlinder Spanwijdte vleugels 65-80 mm, mei-juni -Kenmerken- Stevig gebouwde soort met opvallend geringd achterlijf. Voor- en achtervleugels grijs met fijne, zwarte bestreping en een dicht netwerk van fijne en grovere lijnen. -Voorkomen- Zeer verspreid in geheel Europa en algemeen in velerlei soorten niet te droge biotopen. -Levenswijze- Pu...

Wilgenhoutwesp
(Xiphydria camelus) wilgenhoutwesp Lengte 10-21 mm, juni-augustus. -Kenmerken- Dit is en vertegenwoordiger van de loofhoutwespen of zwaardwespen. Kenmerkend is de lange nek en het lijkt wel of de kop is gesteeld in tegenstelling tot die van de naaldhoutwespen. De wilgenhoutwesp is verder zwart met witte vlekken op de kop, het borststuk en het achterlijf. Poten rood. H...

Wilgenroosje
(Chamerion angustifolium) -Wilgenroosje- RH. 0450 Volledige wetenschappelijke naam: Chamerion angustifolium (L.) Holub Diagnostische kenmerken: Plant met vertakte wortelstokken. Bladen (lijn-) lancetvormig, gaaf of iets getand, van onderen bleker; zijnerven in een bochtige binnenr

Wilgenwespvlinder
(Synanthedon formicaeformis) wilgenwespvlinder Spanwijdte vleugels ca. 20 mm, mei-augustus -Kenmerken- Glanzend zwarte, slanke wespvlinder met rode achterlijfsring. Vleugels met rode en zwarte schubpatronen en een blauwe glans. -Voorkomen- Plaatselijk niet zeldzaam in enigszins vochtige biotopen met wilgenbestanden. -Levenswijze- De rupsen ontwikkelen zich in wilgenscheuten.

Wilgeschorsschijfje
(Diatrype bullata) -Nederlandse naam:- Wilgeschorsschijfje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam ovaal kussenvormig, Ø 4-8 mm, door de schors brekend. Bovenzijde ruw, regelmatig met papillen bezet, bruinzwart tot grijszwart. Stroma wit. -Voorkomen- Op dode wilgentakken i

Wilgfonteinkruid
(Potamogeton decipiens(x)) -Wilgfonteinkruid - RH. 1632 Volledige wetenschappelijke naam: Potamogeton xdecipiens Koch Diagnostische kenmerken: De bastaard is onvruchtbaar en intermediair tussen de ouders Potamogeton lucens en Potamogeton perfoliatus; meestal vertonen enige bladen e

Wilgsla
(Lactuca saligna) -Wilgsla- RH. 0698 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Lactuca saligna L. Diagnostische kenmerken: Middelste en bovenste stengelbladen lijnvormig en gaafrandig, met pijlvormige voet stengelomvattend, de onderste vaak bochtig getand tot veersp

Wilgzuring
(Rumex triangulivalvis) -Wilgzuring - BB. 1729 Volledige wetenschappelijke naam: Rumex triangulivalvis (Danser) Rech.f. Diagnostische kenmerken: Bladen lancetvormig, zeer glad, hoogstens gegolfd, door een dunne waslaag zeegroen. Stengel en vruchtpluim vaak witachtig. Bloemdek ko

Wilsons Stormvogeltje
(Oceanites oceanicus) -Wetenschappelijke naam: - Oceanites oceanicus (Kuhl, 1820) -Nederlandse naam: - Wilsons Stormvogeltje -Vogelgroep:- Stormvogeltjes -Veldkenmerken.- 15-19 cm, spanwijdte 38-42 cm. Iets groter dan Stormvogeltje. Eveneens zwart met witte stuit, maar Wilsons

Winde
(Genus Convolvulus) -Winde- Volledige wetenschappelijke naam: Convolvulus L. Opm. -Convolvulus lineatus- L. - -Calandsklokje- - BB. 0351 is vroeger in het Estuariëndistrict op de dijk bij de Calandspolder gevonden, voor 't laatst in 1960. [Wilde Planten 1: 95; Atlas van de N

Windefamilie
(Familie Convolvulaceae) -Windefamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Convolvulaceae Kruiden. Stengel windend. Bladen verspreid, enkelvoudig, zonder steunblaadjes. Bloemen regelmatig, tweeslachtig. Kelk 5-bladig. Bloemkroon meestal 5-lobbig of -spletig. Meeldraden 5, op de bl

Windepijlstaart
(Agrius convolvuli) windepijlstaart Spanwijdte vleugels 80-120 mm, juni-oktober -Kenmerken- Zeer grote pijlstaartvlinder met een roltong die langer is dan het lichaam. Borststuk grijs, voorvleugels grijs tot grijsbruin gevlekt. Lijkt op ligusterpijlstaart, maar mist roze in de achtervleugels. -Voorkomen- Trekt jaarlijks vanuit Afrika in wisselende aantallen naar het n...

Windhalm
(Genus Apera) -Windhalm- Volledige wetenschappelijke naam: Apera Adans.

Winterakoniet
(Eranthis hyemalis) -Winterakoniet - RH. 1858 Volledige wetenschappelijke naam: Eranthis hyemalis (L.) Salisb. Diagnostische kenmerken: Wortelstok knolvormig. Stengel 1-bloemig. Wortelbladen lang gesteeld, diep handvormig gedeeld. Stengelbladen in een krans van 3, diep handv

Wintereik
(Quercus petraea) -Wintereik - RH. 1036 Volledige wetenschappelijke naam: Quercus petraea (Matt.) Liebl. Diagnostische kenmerken t.o.v. Quercus robur: Bladsteel 10-25 mm lang. Bladvoet wigvormig. Bladen symmetrisch gelobd, van boven glanzend groen, van onderen vooral op de

Wintergroen
(Genus Pyrola) -Wintergroen- Volledige wetenschappelijke naam: Pyrola L.

Wintergroenfamilie
(Familie Pyrolaceae) -Wintergroenfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Pyrolaceae Altijdgroene halfheesters. Bladen verspreid, tegenoverstaand, enkelvoudig, zonder steunblaadjes. Bloemen regelmatig, tweeslachtig, in trossen of alleenstaand. Kelkbladen 4 of 5, vrij. Kroon

Winterhoutzwam
(Polyporus brumalis) -Nederlandse naam:- Winterhoutzwam -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam éénjarig, vlak trechtervormig met een centrale steel. Hoed Ø 2-7 cm. Bovenzijde zwak gezoneerd, fijn viltig, grijs- tot rood- of donkerbruin, met een scherpe, gekerfde rand. Buisj

Winterjasmijn
(Jasminum nudiflorum) -Winterjasmijn- BB. 5225 Volledige wetenschappelijke naam: Jasminum nudiflorum Lindl. Diagnostische kenmerken: Bladen tegenoverstaand, 3-tallig. Blaadjes eirond of langwerpig-eirond. Bloemen vóór de bladen verschijnend, alleenstaand. Bloemkroon 2-2,5 cm l

Winterjuffers
(Geslacht Sympecma) Genus Sympecma Burmeister, 1939 -Omschrijving- Prementum driehoekig, voorrand met kleine insnijding. Beweeglijke tand op labiale palp met haren, labiale palp apicaal diep ingesneden [(fig. Spaedis1.tif), vangmasker]. Schenen (van eerste pootpaar) aan uiteinde met tweepuntige setae [(fig. Ldryas14.tif), dichotome setae op poot]. Caudale lamellen met...

winterkleed
Deel van het jaar gedragen verenkleed (meestal respectievelijk in het winter- en in het zomerhalfjaar). Zie ook ’rui’. Alternatieven: zomerkleed

Winterkoning
(Troglodytes troglodytes) -Wetenschappelijke naam: - Troglodytes troglodytes (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Winterkoning -Vogelgroep:- Winterkoning -Veldkenmerken.- 9 cm. Een kleine, compacte en onopvallende vogel, die makkelijk herkenbaar is aan luide zang en rechtopstaand

Winterlinde
(Tilia cordata) -Winterlinde- RH. 1285 Volledige wetenschappelijke naam: Tilia cordata Mill. Diagnostische kenmerken t.o.v. Tilia vulgaris(x): Blad 3-7 cm lang, van onderen blauwachtig groen, de laddervormige nerven van de 3e orde niet uitspringend; haarbosjes in de nerf

Wintermuggen
(Familie Trichoceridae) wintermuggen -Kenmerken- Kleine muggen, 6-7 mm, op kleine langpootmuggen gelijkend. Monddelen sterk gereduceerd. -Voorkomen- In Nederland en België met een tiental soorten. -Levenswijze- Ondanks dat zij gedurende het grootste gedeelte van het jaar zwermen, is het vooral opvallend op warme winterdagen en hebben zij aldus hun naam gekregen. Larv...

Winterpluimantennemug
(Trichocera hiemalis) winterpluimantennemug Spanwijdte 11-13 mm, oktober-april. -Kenmerken- Dit is een van de kleine, uiterst teer gebouwde wintermuggen met zeer gereduceerde monddelen en lange, dunne poten. -Voorkomen- Algemeen langs bosranden, in tuinen en allerlei open terreinen. -Levenswijze- Deze uitgesproken koude-tolerante mug kan vaak op zonnige, milde winterdag...

Winterpostelein
(Genus Claytonia) -Winterpostelein- Volledige wetenschappelijke naam: Claytonia L.

Wintertaling
(Anas crecca) -Wetenschappelijke naam: - Anas crecca Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Wintertaling -Vogelgroep:- Grondeleenden -Veldkenmerken.- 34-38 cm. Kleinste Europese eend. Mannetje met opvallende, horizontale witte band op schouders, kastanjebruine kop met bre

Wit bosvogeltje
(Cephalanthera longifolia) -Wit bosvogeltje- RH. 0290 -Rode Lijst 1. Beschermd!- Volledige wetenschappelijke naam: Cephalanthera longifolia (L.) Fritsch Diagnostische kenmerken t.o.v. Cephalanthera damasonium: Onderste bladen lancetvormig, toegespitst. Onderste schutbladen meestal

Wit dwergelfenbankje
(Antrodiella semisupina) -Nederlandse naam:- Wit dwergelfenbankje -Beschrijving- Vruchtlichaam éénjarig, waaier- tot schelpvormig. Hoed 0,5-2 x 0,5-1,5 cm, 1-3 mm dik. Bovenzijde soms zwak concentrisch gezoneerd, glad, doorschijnend bleekcrème tot gelig, met een dunne, golvende r

Wit hoefblad
(Petasites albus) -Wit hoefblad- BB. 5182 Volledige wetenschappelijke naam: Petasites albus (L.) Gaertn. Diagnostische kenmerken t.o.v. Petasites hybridus: Bloemen geelachtig of geelwit. Bladlobben zeer ongelijk. Bladen van onderen blijvend grijsviltig, de fijnere nervatuu

Wit hongerbloempje
(Draba muralis) -Wit hongerbloempje - RH. 0415 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Draba muralis L. Diagnostische kenmerken: Bloeistengel bebladerd. Wortelbladen langwerpig omgekeerd-eirond, kort gesteeld. Stengelbladen zittend, rondachtig-eirond, stengelomv

Wit oorzwammetje
(Crepidotus variabilis) -Nederlandse naam:- Wit oorzwammetje -Beschrijving- Hoed nier- tot schelpvormig, Ø 5-30 mm, viltig, wit tot crème-gelig. Lamellen wijd uiteen, wit tot vleeskleurigbruin. Vlees wit. -Voorkomen- Op takjes en takken, soms op stengels van kruiden of op bladst

Wit vetkruid
(Sedum album) -Wit vetkruid- RH. 1176 Volledige wetenschappelijke naam: Sedum album L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Sedum dasyphyllum: Bladen groen of roodachtig, bijna rolrond, lijnvormig, verspreid, tot 12 mm lang. Bloeiwijze kaal of soms met enkele klierharen. Kro

Witbandheremiet
(Pseudochazara anthelea) (Hübner, 1824) Witbandheremiet -Beschrijving: - De mannetjes van de witbandheremiet zijn met hun witte vleugelvlekken en donkere geurstreep onmiskenbaar. De vlinders komen voor bij droge grazige vegetaties, bij open struweel en op rotsachtige hellingen. Soms worden ze ook in open bossen gezien. Ze drinken vaak nectar uit distelachtige planten ...

Witbandkruisbek
(Loxia leucoptera) -Wetenschappelijke naam: - Loxia leucoptera J. F. Gmelin, 1789 -Nederlandse naam: - Witbandkruisbek -Vogelgroep:- Vinken -Veldkenmerken.- 15 cm. Kleiner dan Kruisbek, met kleinere, minder hoge snavel, kleinere kop, langere staart en karakteristieke brede

Witbandzandoog
(Brintesia circe) witbandzandoog Spanwijdte vleugels 68-82 mm, juni-september -Kenmerken- Een grote zandoog met opvallend weinig ogen. Bovenzijde vleugels zeer donkerbruin met crèmekleurige band over beide vleugels tot aan de achterrand van de achtervleugels. Geen ogen aan de bovenzijde. Onderkant voorvleugel met slechts één oog; achtervleugel z...

Witbandzandoog
(Brintesia circe) (Fabricius, 1775) Witbandzandoog -Beschrijving: - De witbandzandoog valt al meteen op door zijn grootte. Het is een van de grootste vlinders van Europa en zijn vlucht is eerder zwevend dan fladderend. Deze vlinder komt voor op droge graslanden langs bosranden en schrale tot matig voedselrijke landbouwgronden. De vlinders hebben vrij veel nectar nod...

Witbol
(Genus Holcus) -Witbol- Volledige wetenschappelijke naam: Holcus L.

Witbonte parelmoervlinder
(Euphydryas cynthia) witbonte parelmoervlinder Spanwijdte vleugels 35-40 mm, juni-augustus -Kenmerken- Bovenzijde vleugels mannetje (408 5 g) met witte tekening, vrouwtje lijkt erg op dat van de moerasparelmoervlinder (Euphydryas aurinia). -Voorkomen- Op open grazige hellingen met veel lage struiken. Alpen tot in Bulgarije. Niet in Nederland en België. -Levenswijz...

Witbonte parelmoervlinder
(Euphydryas cynthia) (Denis and Schiffermüller, 1775) Witbonte parelmoervlinder -Beschrijving: - De witbonte parelmoervlinder dankt zijn naam aan de opvallend witte vleugeltekening van het mannetje, het vrouwtje ziet er echter als een 'gewone' parelmoervlinder uit. De vlinders zijn te vinden in subalpiene en alpiene graslanden met een korte, grazige vegetatie en l...

Witbuikzandhoen
(Pterocles alchata) -Wetenschappelijke naam: - Pterocles alchata (Linnaeus, 1766) -Nederlandse naam: - Witbuikzandhoen -Vogelgroep:- Zandhoenders -Veldkenmerken.- 31 cm. Meest opvallende kenmerken ter onderscheiding van Zwartbuikzandhoen zijn de witte buik van beide geslacht

Witflankdolfijn
(Lagenorhynchus acutus) Lagenorhynchus acutus (Gray, 1828) -Nederlandse naam:- Witflankdolfijn -Beschrijving:- Witflankdolfijnen hebben een lichaam dat typisch is voor het geslacht Lagenorhynchus: gedrongen met een korte dikke snuit en lang sikkelvormige rugvin. Het kleurenpatroon is complex. De rug en bovenkant van de flanken, bovenste kaak, rugvin, borstvinnen en staart...

Witgat
(Tringa ochropus) -Wetenschappelijke naam: - Tringa ochropus Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Witgat -Vogelgroep:- Steltlopers -Veldkenmerken.- 24 cm. Bovendelen donkerbruin, bijna zwart, met schaarse witte vlekjes; kop fijn grijs gestreept; nek, borst en flanken zwaard