Project Laurens Janszoon Coster
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Geschiedenis en volkskunde > Klassieke Nederlandse Literatuur
Datum & Land: 08/06/2013, NL
Woorden: 1338
Krap
boekslot
Kregel
knorrig, verdrietig.
Krenken
kwetsen.
Krijg
oorlog.
Krijten (kreet, gekreten)
klagelijk huilen.
Kruisdrager
iemand die veel lijdt.
Kuiperij
omkoping, geheime komplot.
Kuitendekker
lange jas.
Kurassier
cavalerist voorzien van helm en borstharnas.
Kwak
leerling van de Latijnse school (scheldnaam).
Kweekeling
jong iemand, die opgevoed wordt of wordt opgeleid voor een beroep (b.v. onderwijzer).
Kwinkslag
geestig gezegde.
Landzaat
inwoner van een land.
Last
opdracht.
Leêglooper
nietsdoener, baliekluiver.
Leep
slim.
Ledeman
pop met verstelbare ledematen ten dienste van schilders.
Leerreden
preek, predikatie.
Leest
middel.
Leger
liggende toestand van iemand.
Legitimist
staatspartij (aanhangers der leer, dat de vorstelijke waardigheid een erfelijk recht is, onafhankelijk van ’s volks wil); in Frankrijk de aanhangers van den oudere, in 1830 uit Frankrijk verdreven tak van de Bourbons.
Leiband
leidsel.
Leppen
met teugjes drinken.
Leste
laatste.
Lichtmis
losbol, lichtzinnig persoon.
Lierzang
een gedicht, dat onder begeleiding van het spelen op een lier wordt voorgedragen.
Lierzanger
iemand, die een gedicht, onder begeleiding van een lier, voordraagd.
Ligtekooij
prostitué.
Likkebroêr
smuller, gulzigaard.
Links
nauwelijks.
Linksch
onhandig, lomp.
Lion
toongever, salonheld.
Liverei
bijzondere kleding van een bediende of lakei.
Logeren
huisvesten.
Loenen
behagen, aanstaan.
Lommer
schaduw.
Loor gaan, te
vergaan.
Loosheid
slimheid, sluwheid; slimme, sluwe daad.
Loover
gebladerte.
Lorgnet, lorgnon
bril met een verende brug, die op de neus vastknijpt, knijpbril, monocle.
Louter
zuiver, slechts.
Louteren
zuiveren.
Luiken
sluiten, dicht doen.
Luister
glans, schittering.
Luim
humeur.
Luren
luiers.
Luttel
weinig.
Maatje
een inhoudsmaat (0,001 mud
Mantille
manteltje.
Mare
bericht, boodschap.
Marokijn
leer van bokken en geiten huid (eigenlijk leer uit Marokko).
Mastbosch
veel zeilschepen bij elkaar.
Matres
ondelwijzeres, schoolhoudster.
Matrone
deftige, bedaarde vrouw.
Meesmuilen
grimlachen, kwaadaardig lachen.
Meeteelt
het verbouwen van meekrap (Rubia tinctorum), een plant, welke als grondstof dient voor maken van een rode kleurstof.
Meir
meer.
Mijterdrager
bisschop.
Middelbaar
gemiddeld.
Minauderen
behaagziek doen, preuts koketteren.
Misère
ellende.
Misnoegdheid
ontevredenheid.
Modiste
modeontwerpster.
Mobilair
roerend goed, huisraad.
Mom
masker.
Monarch
allenheerser.
Monomaan
een soort waanzinnigheid.
Montering
uniform.
Morel
grote bruine kers.
Morgenland
(dichterlijk) het oostelijk gelegen land.
Morgenster
knots met stekels (wapen voor matrozen).
Muizenest
gepeins.
Musqueeren
iets lekker laten ruiken met muskus.
Mutsaard, ruiken naar de
een ketter zijn, verdacht zijn.
Nabaauwen
iemands woorden herhalen.
Nabob
onderkoning, prins, regent.
Najade
een soort nimf, de de beschermgodin en bewoonster van de bronnen en kleine rivieren was.
Nankingbroek
broek gemaakt van katoen, dat roodgeel geverfd is. Het is genoemd naar de stad Nanking in China.
Natuurstaat
naakt.
Neep
plooi.
Neepjesmuts
plooimuts.
Neering
klandizie, handel.
Neêrzijgen
langzaam omlaag zakken, flauwvallen.
Negotie
handel.
Negotieren
verhandelen.
Negus
warme wijn met suiker en specerijen. Genoemd naar de samensteller, kolonel Francis Negus (overleden 1732).
Nepotismus
onrechtmatige begunstiging van familie en vrienden bij het vergeven van posten.
Nicotiaansche kruid
tabak.
Nimf
naam van de onder- of halfgodinnen bij de Grieken en Romeinen, in de gedaante van mooie meisjes, die niet onsterfelijk waren, maar duizenden jaren leefden.De bezielden en beheersten de voorwerpen der natuur en daaraan hun bijzondere namen aan ontleenden.
Notificatie
kennisgeving.
Nufje
ingebeeld meisje.
Nulliteit
zonder kennis, zonder waarde.
Numismatiek
munt- en penningkunde.
Nymph
vrouwelijk mythologisch wezen, dat bossen, rivieren bewoonde. Zij wordt voorgesteld als een mooi meisje..
Obstructica
verstoppingen.
Oligarchie
regering ,die uit weinig personen bestaat.
Olm
(zachte) iep.
Omslag
drukte.
Omvâmen
omarmen.
Omzien
ogenblik.