aantreden werkw. Uitspraak: [ 'antredə(n) ] Afbreekpatroon: aan·tre·den Vervoegingen: trad aan (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is aangetreden (volt.deelw.) 1) beginnen te werken in een (vaak hogere) functie Voorbeeld: 'Het kabinet treedt morgen aan.' 2) op een bepaalde plaats in de houding gaan staan defe... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/aantreden
1) Bijeenkomen 2) Zich melden 3) In het gelid staan 4) In het gelid gaan staan 5) In een bepaalde richting stappen 6) Zich verzamelen 7) Aanvaarding 8) Optreden 9) Sneller voortgaan 10) Toetreden 11) Begin 12) Opstellen 13) Opdraven Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Aantreden/1